ECLI:NL:RBMAA:2010:BO8096
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het belang bij beroep tegen wijziging van de Keur van het Waterschap Peel en Maasvallei
In deze zaak heeft eiser, wonend te Nuenen, beroep ingesteld tegen een besluit van het college van gedeputeerde staten van de provincie Limburg, dat op 19 december 2007 een aantal artikelen van de Keur van het Waterschap Peel en Maasvallei 2005 heeft gewijzigd. Dit besluit volgde op een eerdere wijziging van de Keur, die op 29 maart 2006 was vastgesteld. De rechtbank Maastricht heeft op 26 november 2010 uitspraak gedaan in deze zaak, waarbij het procesverloop en de relevante data zijn vastgelegd. De rechtbank moest zich in deze procedure de vraag stellen of eiser nog een belang had bij de beoordeling van zijn beroep, nu de Keur 2005 op 22 december 2009 was ingetrokken en vervangen door de Keur waterschap Peel en Maasvallei 2009.
Eiser stelde dat hij natschade had geleden door te hoog water in de Tungelroyse beek, wat hem verhinderde zijn percelen af te wateren. De rechtbank overwoog dat voor het aannemen van een procesbelang vereist is dat eiser aannemelijk maakt dat de schade daadwerkelijk het gevolg is van de bestuurlijke besluitvorming. De rechtbank concludeerde dat eiser hierin niet was geslaagd, aangezien hij niet voldoende bewijs had geleverd dat de gestelde schade het gevolg was van de gewijzigde Keur 2005. Hierdoor werd het beroep niet-ontvankelijk verklaard.
De uitspraak werd gedaan door rechter R.J.G.H. Seerden, in aanwezigheid van griffier P.M. van den Brekel. De rechtbank zag geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. Tegen deze uitspraak staat voor belanghebbenden en het bestuursorgaan het rechtsmiddel hoger beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, met een termijn van zes weken na verzending van de uitspraak.