ECLI:NL:RBMAA:2012:BV5696

Rechtbank Maastricht

Datum uitspraak
15 februari 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
03/700209-05
Instantie
Rechtbank Maastricht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verpleging van overheidswege van terbeschikkinggestelde wegens niet-naleving voorwaarden en hoog recidiverisico

In deze zaak heeft de Rechtbank Maastricht op 15 februari 2012 uitspraak gedaan in een vordering tot verpleging van overheidswege van een terbeschikkinggestelde, hierna te noemen [naam verdachte]. De rechtbank heeft vastgesteld dat [naam verdachte] de hem gestelde voorwaarden niet heeft nageleefd en dat er een hoog recidiverisico bestaat. De rechtbank heeft daarbij gekeken naar verschillende rapporten en adviezen van de reclassering en deskundigen, die allemaal wijzen op de problematiek van [naam verdachte] en de onmogelijkheid om adequaat toezicht te houden in het kader van TBS met voorwaarden.

De rechtbank heeft in haar beoordeling de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen en goederen als zwaarwegende factoren meegewogen. De officier van justitie heeft in haar vordering benadrukt dat de veiligheid in het geding is en dat de voorwaarden door [naam verdachte] op verwijtbare wijze zijn geschonden. De verdediging heeft betoogd dat [naam verdachte] geen ernstig gevaar voor zijn omgeving vormt en dat de TBS-maatregel opgeheven zou moeten worden, maar de rechtbank heeft dit standpunt verworpen.

Uiteindelijk heeft de rechtbank geoordeeld dat de vordering tot verpleging van overheidswege moet worden toegewezen, gezien de ernst van de situatie en de eerdere veroordelingen van [naam verdachte]. De rechtbank heeft geconcludeerd dat het niet langer verantwoord is om de TBS met voorwaarden voort te zetten, en heeft besloten dat [naam verdachte] alsnog van overheidswege verpleegd dient te worden. Deze beslissing is genomen door de meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee andere rechters, en is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK MAASTRICHT
Sector Strafrecht
Parketnummer: 03/700209-05
beslissing van de meervoudige kamer d.d. 15 februari 2012
Deze beslissing is gegeven door de meervoudige raadkamer voor strafzaken, gegeven naar aanleiding van de vordering van de officier van justitie in het arrondissement Maastricht van 19 oktober 2011, ingekomen ter griffie op 19 oktober 2011, strekkende tot het geven van een bevel tot het alsnog doen verplegen van overheidswege van:
[naam verdachte],
geboren te [geboortegegevens verdachte],
wonende te [adresgegevens verdachte],
thans gedetineerd in de penitentiaire inrichting Limburg Zuid - De Geerhorst te Sittard,
hierna te noemen: [naam verdachte].
1. De stukken
De rechtbank heeft gezien:
- het dossier van de politie Limburg-Noord, district Midden-Limburg, basiseenheid Roermond waarvan het proces-verbaal van voorgeleiding is opgemaakt op 17 januari 2012 met registratienummer 21120004669;
- het voortgangsverslag TBS met voorwaarden d.d. 10 november 2011 van T. Sommers, unitmanager justitiële verslavingszorg, en M. Benschop, reclasseringswerker, beiden verbonden aan de Reclassering, afdeling Justitiële Verslavingszorg Limburg, Mondriaan Zorggroep;
- het dossier van de politie Limburg-Zuid, districtsrecherche Sittard waarvan het eindproces-verbaal is opgemaakt op 19 september 2011 met proces-verbaalnummer 2011110313, met bijlagen doorgenummerd van pagina 1 tot en met 117;
- het advies verdere vervolging d.d. 3 augustus 2011 van M. Benschop, reclasseringswerker;
- het voortgangsverslag TBS met voorwaarden d.d. 2 augustus 2011 van. T. Sommers, unitmanager justitiële verslavingszorg en M. Benschop, reclasseringswerker;
- het advies verdere vervolging d.d. 20 juli 2011 van T. Sommers, unitmanager justitiële verslavingszorg en M. Verstrenge, reclasseringswerker, beiden verbonden aan de Reclassering, afdeling Justitiële Verslavingszorg Limburg, Mondriaan Zorggroep;
- het reclasseringsadvies (beknopt) d.d. 14 juli 2011 van M. Benschop, reclasseringswerker;
- het psychiatrisch onderzoek pro justitia d.d. 6 juli 2009 van I. Matthaei, psychiater;
- de beslissing van deze rechtbank d.d. 10 juni 2008, waarbij de termijn van de terbeschikkingstelling onder voorwaarden met twee jaar is verlengd;
- het proces-verbaal opgemaakt naar aanleiding van de op 27 mei 2008 in het openbaar gehouden behandeling in raadkamer;
- het vonnis van deze rechtbank d.d. 16 mei 2006, waarbij de maatregel van terbeschikkingstelling onder voorwaarden is opgelegd;
- het maatregelrapport d.d. 12 april 2006 van K. Kamperman, reclasseringswerker, de Reclassering, afdeling Justitiële Verslavingszorg Limburg, Mondriaan Zorggroep, betreffende het advies tot het opleggen van de TBS met voorwaarden;
- het uittreksel uit het justitieel documentatieregister betreffende [naam verdachte], gedateerd 6 januari 2012;
- de overige stukken.
2. De procesgang
De rechtbank heeft de vordering tot het alsnog doen verplegen van overheidswege behandeld in de openbare raadkamer van 1 februari 2012, waarbij de officier van justitie, [naam verdachte] en de verdediging hun standpunten kenbaar hebben gemaakt.
3. Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie persisteert bij haar vordering. Zij is van mening dat [naam verdachte] de voorwaarden verwijtbaar niet heeft nageleefd. Daarnaast is de officier van justitie van mening dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen het bevel tot alsnog verplegen eist.
4. Het standpunt van de terbeschikkinggestelde en zijn raadsman
De raadsman is van mening dat [naam verdachte] geen ernstig gevaar voor zijn omgeving vormt en dat hij daarmee niet voldoet aan het gevaarscriterium van artikel 37b van het Wetboek van Strafrecht. Daarnaast stemt de raadsman niet in met het gebruik van de uitgebrachte adviezen van november 2005 en juli 2009. Zulks geldt temeer nu deze deskundigen niet adviseren tot het opleggen van TBS met dwangverpleging. Omdat de reclassering geen zinvolle invulling kan geven aan de TBS met voorwaarden is de raadsman van oordeel dat de TBS-maatregel opgeheven moet worden.
Ook [naam verdachte] is van mening dat de TBS-maatregel opgeheven moet worden.
5. Het standpunt van de Reclassering, afdeling Justitiële Verslavingszorg Limburg van de Mondriaan Zorggroep
Het hierboven genoemde voortgangsverslag TBS met voorwaarden van 10 november 2011 houdt onder meer in:
Verloop van toezicht
(…)
Betrokkene heeft zich al enige tijd (vanaf 20 juli 2011) onttrokken aan de afspraken met de reclassering en houdt zich onbereikbaar voor de reclassering.
(…)
Risico-analyse
(…)
Het recidiverisico wordt ingeschat als hoog, vanwege de antisociale persoonlijkheidsstoornis en de middelenafhankelijkheid. Vanwege problematiek op vrijwel alle leefgebieden, het ontbreken van huisvesting, de gebleken onbetrouwbaarheid en het overtreden van de voorwaarden is het recidiverisico groot, op het moment dat betrokkene in vrijheid wordt gesteld.
(…)
Verdere invulling toezicht
(…)
Het is voor de reclassering niet haalbaar gebleken in het kader van TBS met voorwaarden adequaat toezicht te houden. Voortzetting van het toezicht in het kader van de maatregel TBS met voorwaarden is daarom niet langer verantwoord.
(…)
De deskundige F.K.A. Peschen, reclasseringswerker verbonden aan de Reclassering, afdeling Justitiële Verslavingszorg Limburg, Mondriaan Zorggroep heeft in raadkamer aanvullend verklaard -zakelijk weergegeven-:
[naam verdachte] en de Reclassering hebben veel moeite gedaan om aan de voorwaarden te voldoen. Omdat [naam verdachte] niet naar de gesprekken komt en niet bereikbaar is, kunnen wij geen inhoud geven aan de voorwaarden. Het lijkt erop dat [naam verdachte] in eerste instantie een onvermogen heeft om aan de voorwaarden te voldoen. Naarmate de tijd vordert, slaat dit om in onwil omdat hij overvraagd wordt.
De deskundige J.L.J. Volders, reclasseringswerker verbonden aan de Reclassering, afdeling Justitiële Verslavingszorg Limburg, Mondriaan Zorggroep heeft in raadkamer aanvullend verklaard -zakelijk weergegeven-:
[naam verdachte] verliest snel zijn motivatie door externe invloeden. Het is voor de reclassering dan moeilijk om de voorwaarden in stand te houden.
6. De beoordeling
De rechtbank stelt vast dat [naam verdachte] de hem bij beslissing van 10 juni 2008 gestelde voorwaarden niet heeft nageleefd. [naam verdachte] heeft zich immers, door zich te onttrekken aan de afspraken, niet gehouden aan de richtlijnen van de reclassering.
De rechtbank stelt tevens vast dat [naam verdachte] zich tijdens de TBS met voorwaarden heeft schuldig gemaakt aan ernstige strafbare feiten, te weten gewelds- en vermogensdelicten, en dat hij daarvoor op 2 oktober 2009 en 16 december 2011 is veroordeeld tot gevangenisstraffen voor de duur van drie jaar respectievelijk drie maanden. Bij die laatste beslissing is bovendien de tenuitvoerlegging gelast van een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden, opgelegd door de politierechter te Roermond op 12 juli 2010, en is de voorwaardelijke invrijheidstelling van [naam verdachte] voor de duur van 365 dagen herroepen. Ook thans bevindt verdachte zich in voorlopige hechtenis vanwege verdenking van ernstige strafbare feiten, te weten opnieuw gewelds- en vermogensdelicten. Dit alles baart de rechtbank ernstige zorgen en naar het oordeel van de rechtbank volgt daar ook uit dat de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen en goederen ernstig in gevaar zijn.
Nu [naam verdachte] de hem gestelde voorwaarden niet heeft nageleefd en nu tevens het belang van de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen, gelet op de voornoemde veroordelingen en het hoge recidiverisico, zulks eisen, is de rechtbank van oordeel dat [naam verdachte] alsnog van overheidswege verpleegd dient te worden.
Anders dan de raadsman is de rechtbank van oordeel dat de in het dossier voorhanden rapporten van de reclassering voldoende overtuigend zijn om thans over te gaan tot toewijzing van de vordering en dat een nieuw multidisciplinair onderzoek niet nodig is.
De vordering zal daarom worden toegewezen.
7. De beslissing
De rechtbank wijst de vordering toe en bepaalt dat [naam verdachte] alsnog van overheidswege zal worden verpleegd.
Aldus gegeven door mr. J.H. Klifman, voorzitter, en mr. P.H.M. Kuster en mr. F.A.G.M. Vluggen, rechters, in tegenwoordigheid van mr. S. Luthuli griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 15 februari 2012.