ECLI:NL:RBMAA:2012:BW8458
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - meervoudig
- F.A.G.M. Vluggen
- J. Wöretshofer
- J.A.A.C. Claessen
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in zedendelict wegens onvoldoende bewijs
In de strafzaak tegen de verdachte, die beschuldigd werd van een zedendelict, heeft de rechtbank Maastricht op 13 april 2012 uitspraak gedaan. De verdachte werd vrijgesproken van de tenlastelegging, omdat de rechtbank onvoldoende wettig en overtuigend bewijs aanwezig achtte om tot een veroordeling te komen. De aangeefster had op 23 september 2010 aangifte gedaan van verkrachting door de verdachte, waarbij zij gedetailleerde verklaringen had afgelegd over de vermeende seksuele handelingen die gedurende een aantal jaren zouden hebben plaatsgevonden. Echter, de rechtbank oordeelde dat de verklaringen van de aangeefster op zichzelf stonden en onvoldoende steun vonden in ander bewijsmateriaal, zoals getuigenverklaringen en deskundigenrapporten. De deskundige had aangegeven dat seksueel misbruik als oorzaak van de problemen van de aangeefster niet waarschijnlijk was, maar niet volledig kon worden uitgesloten. De rechtbank concludeerde dat de verklaringen van de aangeefster niet voldoende waren om de verdachte te veroordelen.
Daarnaast werd de benadeelde partij, die een vordering had ingediend voor immateriële en materiële schade, niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering, omdat de verdachte werd vrijgesproken. De rechtbank veroordeelde de benadeelde partij echter wel in de kosten van rechtsbijstand die de verdachte had gemaakt ter verdediging tegen de vordering, vastgesteld op € 662,50. Dit vonnis is uitgesproken in aanwezigheid van de griffier en is openbaar gemaakt op dezelfde dag.