ECLI:NL:RBMAA:2012:BX6267
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - meervoudig
- M.C.A.E. van Binnebeke
- P.H.M. Kuster
- J.S. Holthuis
- Rechtspraak.nl
Valsheid in geschrift en opzettelijk nalaten van gegevens met betrekking tot Abw- en WAO-uitkeringen
In deze zaak heeft de Rechtbank Maastricht op 31 augustus 2012 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van valsheid in geschrift en het opzettelijk nalaten om belangrijke gegevens te verstrekken die van invloed zijn op het recht op een Abw- en WAO-uitkering. De verdachte heeft op geraffineerde wijze drie keer valsheid in geschrift gepleegd, wat resulteerde in het onterecht verkrijgen van een verblijfsdocument, een WAO-uitkering en een bijstandsuitkering op naam van haar zuster. Gedurende een periode van negen jaar heeft de verdachte nagelaten om aan de gemeente en het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) door te geven dat zij inkomsten ontving uit deze uitkeringen, wat haar een financieel voordeel van bijna 200.000 euro opleverde.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte opzettelijk heeft gehandeld en dat er geen feiten of omstandigheden zijn die haar strafbaarheid uitsluiten. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 12 maanden, met aftrek van de tijd die zij in voorarrest heeft doorgebracht. De rechtbank heeft hierbij rekening gehouden met de ernst van de feiten, de lange periode van fraude en het aanzienlijke voordeel dat de verdachte heeft genoten. De rechtbank heeft ook de persoonlijke omstandigheden van de verdachte in overweging genomen, maar deze waren niet voldoende om een lichtere straf op te leggen. De uitspraak is gedaan in het kader van de nieuwe oriëntatiepunten voor fraude, waarbij de rechtbank de eis van de officier van justitie heeft overstegen.