ECLI:NL:RBMAA:2012:BX7423
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - meervoudig
- P.H.M. Kuster
- R.C.A.M. Philippart
- J.S. Holthuis
- Rechtspraak.nl
Veroordeling voor brandstichting met vrijspraak van oplichting
Op 21 november 2011 werd er een woningbrand gemeld aan de Prickenleenstraat 53 te Landgraaf. De brandweer en politie arriveerden ter plaatse en constateerden dat het om een uitslaande brand ging, die uiteindelijk als brandstichting werd gekwalificeerd. Verdachte, samen met medeverdachten, werd aangehouden op verdenking van medeplegen van brandstichting. Tijdens de rechtszaak bekende verdachte de brand te hebben gesticht, maar de medeverdachten ontkenden betrokkenheid bij de brandstichting. De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor een nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en de medeverdachten, waardoor zij vrijgesproken werden van het medeplegen van de brandstichting. De rechtbank achtte het feit dat verdachte terminaal ziek was en oprecht spijt had betuigd, van invloed op de strafoplegging. In plaats van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van tien maanden, werd een voorwaardelijke gevangenisstraf van tien maanden opgelegd. De rechtbank oordeelde dat er geen levensgevaar voor personen was ontstaan door de brand, aangezien de woning leegstond en op de nominatie stond om gesloopt te worden. De benadeelde partij, Hestia Groep, vorderde schadevergoeding, welke door de rechtbank werd toegewezen. De rechtbank baseerde haar beslissing op de artikelen van het Wetboek van Strafrecht en sprak verdachte vrij van het tweede feit, dat betrekking had op het oplichten van de verzekering, wegens gebrek aan bewijs.