ECLI:NL:RBMID:2004:AO9322
Rechtbank Middelburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Geschil over elzenhaag en coniferen nabij erfgrens met vorderingen tot verwijdering en inkorting
In deze zaak, die voor de Rechtbank Middelburg is behandeld, gaat het om een geschil tussen twee echtelieden, eisers, en twee gedaagden over de aanwezigheid van een elzenhaag en coniferenhaag nabij de erfgrens van hun percelen. Eisers vorderen dat de elzenhaag, die zich op ongeveer 50 centimeter van de erfgrens bevindt, wordt verwijderd, omdat deze te dicht bij de grens staat. Daarnaast eisen zij dat de coniferenhaag, die op ongeveer 2 meter van de erfgrens staat, wordt ingekort tot een hoogte van 2 meter. De eisers stellen dat de beplanting onrechtmatige hinder veroorzaakt, omdat deze licht wegneemt uit hun tuin en woning, en dat de gedaagden onvoldoende zorgvuldigheid in acht nemen bij het uitvoeren van spuitwerkzaamheden op hun perceel.
De rechtbank heeft in haar vonnis van 31 maart 2004 geoordeeld dat de elzenhaag inderdaad te dicht bij de erfgrens staat en dat de vordering tot verwijdering daarvan toewijsbaar is. De rechtbank heeft echter de vordering tot inkorting van de coniferenhaag afgewezen, omdat deze haag als windscherm noodzakelijk is voor de boomgaard van gedaagde sub 2 en bovendien niet als onrechtmatige hinder kan worden aangemerkt. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat de gedaagden zorgvuldigheid moeten betrachten bij het uitvoeren van spuitwerkzaamheden, maar heeft de vordering van eisers om dit expliciet vast te leggen afgewezen, omdat deze te vaag was.
De rechtbank heeft de proceskosten gecompenseerd, wat betekent dat elke partij zijn eigen kosten draagt. Dit vonnis is uitgesproken door mr. S.M.J. van Dijk in aanwezigheid van de griffier.