ECLI:NL:RBMID:2004:AR2375
Rechtbank Middelburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot ontbinding van een koopovereenkomst wegens verborgen gebreken in een woonhuis
In deze zaak vorderde eiseres de ontbinding van een koopovereenkomst met betrekking tot een woonhuis, omdat de kelder van het huis vol water stond, wat niet aan haar was gemeld door gedaagde. De koopovereenkomst was op 28 februari 2002 gesloten, en de levering vond plaats op 1 juli 2002. Eiseres ontdekte het probleem met de kelder enige tijd na de eigendomsoverdracht en stelde gedaagde aansprakelijk voor de gebreken. Eiseres voerde aan dat gedaagde opzettelijk had verzwegen dat de kelder vol water stond, wat volgens haar een schending van de mededelingsplicht inhield. Gedaagde betwistte deze claims en stelde dat hij eiseres voldoende had geïnformeerd over het vochtprobleem in de woning. De rechtbank oordeelde dat er geen sprake was van bedrog, omdat gedaagde wel degelijk had gewezen op het vochtprobleem, ook al had hij de oorzaak, de kelder, niet vermeld. De rechtbank concludeerde dat de woning, ondanks het vochtprobleem, niet non-conform was en dat de vorderingen van eiseres om de koopovereenkomst te ontbinden, de koopsom te restitueren en schadevergoeding te eisen, werden afgewezen. Eiseres werd als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten.