Rolnr: VV 05-15
Uitspraak: 21 maart 2005
Sector kanton - zitting te Middelburg
[eiser],
wonende te [woonplaats],
eisende partij,
verder te noemen: [eiser],
gemachtigde: mr. S. Matadin,
de besloten vennootschap
General Logistics Systems Netherlands B.V.
gevestigd te Utrecht,
gedaagde partij,
verder te noemen: GLS,
gemachtigde: mr. J.C. Zevenberg.
het verloop van de procedure
De procedure is als volgt verlopen:
- dagvaarding van 1 maart 2005,
- mondelinge behandeling d.d. 9 maart 2005.
de beoordeling van de zaak
1.1. [eiser] is in 1990 of in 1993 als chauffeur in dienst getreden bij een rechtsvoorganger van GLS. Zijn salaris bedraagt thans € 1.777,72 bruto per maand excl. emolumenten. Van toepassing is de CAO voor het beroepsgoederen-vervoer.
1.2. Van 18 tot 24 juli 2003 is [eiser] uitgevallen wegens rugklachten. Dit is voor zijn leidinggevende aanleiding geweest voor diverse gesprekken over zijn arbeidsomstandigheden.
1.3. Op 3 november 2003 is [eiser] opnieuw uitgevallen wegens rugklachten, maar nu langdurig. In het kader van de wettelijke verplichting tot reïntegratie zijn er diverse stappen gezet. [eiser] is ander passend werk gaan verrichten, in die zin dat hij routes is blijven rijden maar nu met behulp van een bijrijder, [betrokkene], die eveneens op basis van arbeidstherapie werkzaam was. Bij GLS wordt nimmer met een bijrijder gereden, omdat dat vanwege de kosten economisch niet verantwoord is. Incidenteel zijn ook vakantie- en uitzendkrachten als bijrijder aan [eiser] toegevoegd. Soms ook reed hij de route alleen.
1.4. In het reïntegratietraject is gezocht naar alternatieven voor [eiser] binnen GLS, maar die zijn door de ene of door de andere partij verworpen. Er is vervolgens met instemming van [eiser] subsidie aangevraagd voor reïntegra-tie bij een andere werkgever (het tweede spoor). Per 20 februari 2004 is [eiser] aangemerkt als arbeidsgehandicapte en op 23 februari 2004 had [eiser] een intake gesprek bij Randstad Rentree. Op 26 februari 2004 heeft [eiser] een gewijzigd Plan van Aanpak reïntegratie ondertekend. Dit plan houdt onder meer in: “De bedrijfsarts, werknemer en werkgever onderschrijven dat werkhervatting eigen werk niet meer haalbaar is, vanwege structurele beperkingen van werkne-mer.”
1.5. [eiser] heeft bij Randstad Rentree een sollicitatiecursus gevolgd. Vervolgens zijn [eiser] en Randstad Rentree van april tot en met december 2004 actief bezig geweest met vele sollicitaties. Helaas heeft [eiser] geen succes gehad.
1.6. Bij de WAO-keuring is [eiser] ongeschikt bevonden voor zijn eigen functie als chauffeur bij GLS. Toch is hem geen uitkering toegekend, aangezien hij wel geschikt is bevonden voor diverse andere chauffeursfuncties met voldoen-de verdiencapaciteit. [eiser] heeft tegen deze beslissing bezwaar gemaakt.
1.7. GLS heeft op 2 november 2003 aan [eiser] tijdens zijn route meegedeeld, dat hij zijn aangepaste werk vanaf de volgende dag niet meer mocht verrichten. Bij brief van 2 november 2003 heeft GLS aan [eiser] meegedeeld dat de loondoorbetalings-verplichting vanaf de volgende dag vervalt. [eiser] heeft bij brief van 8 november 2004 geprotesteerd.
2. Bij dagvaarding van 1 maart 2005 heeft [eiser] bij wijze van voorlopige voorziening, op straffe van een dwangsom, tewerkstelling gevorderd in zijn functie van chauffeur, waarbij rekening wordt gehouden met zijn beperkingen. Daartoe heeft [eiser] aangevoerd: [eiser] heeft maar een korte tijd niet gewerkt en heeft steeds aangepast werk verricht, totdat GLS daar opeens een einde aan maakte. Maar er is nog wel degelijk aangepast werk voor [eiser]. Het kan niet zo zijn dat de reïntegratie-inspanningen van de werkgever na precies 52 weken eindigen.
GLS heeft deze vordering met diverse argumenten bestreden.
3.1. GLS heeft opgemerkt dat de vordering te onbepaald is. Daarvoor heeft GLS zeker wel reden. Immers, al vanaf juli 2003 zijn diverse mogelijkheden voor aangepast werk onderzocht en verworpen. Ter zitting heeft [eiser] evenwel aangegeven welke voorzieningen hij met het oog op zijn beperkingen wenst: een elektrische pompwagen en verbetering van de omstandigheden bij het laden, zodat hij tijdens slecht weer niet sterk afkoelt. Zijn gemachtigde heeft voorts gesteld dat [eiser] de werkzaamheden kan blijven doen, die hij tot 3 november 2004 verrichtte.
3.2. In het reïntegratietraject is geconcludeerd dat hervatting van het eigen werk niet meer haalbaar is, vanwege structurele beperkingen van werknemer. [eiser] heeft die conclusie onderschreven en daarom is ook gekozen voor reïntegratie bij een andere werkgever (het tweede spoor). Gelet op die keuze, ook van [eiser] zelf, moet ervan uit worden gegaan dat voldoende is onderzocht of [eiser] met voorzieningen, welke dan ook, zijn eigen werk bij GLS zou kunnen hervatten. Het is in ieder geval niet redelijk van [eiser] om thans, een jaar later, hierop terug te komen. Vooralsnog kan niet worden aangenomen dat hervatting nu toch mogelijk zou zijn met de door [eiser] genoemde voorzieningen.
3.3. Wel kan worden aangenomen dat de medische beperkingen van [eiser] niet in de weg staan aan het voortzetten van zijn werkzaamheden met de hulp van een bijrijder. [eiser] heeft deze aangepaste werkzaamheden immers gedurende een groot deel van het eerste jaar van arbeidsongeschiktheid verricht. De rechtsvraag is daarom of in de omstandigheden van dit geval redelijkerwijze van GLS kan worden gevergd om thans, ruim vier maanden na de beëindiging daarvan, [eiser] opnieuw tewerk te stellen in de functie van chauffeur met bijrijder.
3.4. Met GLS is de kantonrechter vooralsnog van oordeel dat dit redelijkerwijze niet van GLS kan worden gevergd. GLS heeft met cijfers voldoende aannemelijk gemaakt dat het hervatten door [eiser] van aangepast werk met een bijrijder de bedrijfsvoering in financieel opzicht onevenredig zou belasten. Het was een gelukkige samenloop van omstandigheden dat voor [eiser] en [betrokkene] aangepast werk kon worden gevonden door hen te laten samenwerken. [betrokkene] is echter weer hersteld. Het aangepaste werk met bijrijder heeft nooit als doelstelling gehad dat [eiser] op termijn zijn eigen werk weer zou kunnen hervatten. GLS heeft daarin een manier gezien om nog een tegenprestatie, zij het geen volwaardige, te verkrijgen voor de loonkosten van [eiser]. Voor [eiser] was het gunstiger om te solliciteren, terwijl hij nog werkzaamheden verrichtte. Hij heeft weliswaar geprotesteerd toen die werkzaamheden zonder waarschuwing vooraf door GLS werden beëindigd, maar hij heeft ruim vier maanden gewacht alvorens in rechten actie te ondernemen. Met recht heeft GLS opgemerkt dat [eiser] terug wil naar af zonder daarvoor toereikende informatie aan te dragen. Dat doet geen recht aan de inspanningen die gedurende het eerste jaar van arbeidsongeschiktheid van beide zijden zijn gedaan voor de reïntegratie van [eiser] en aan de keuze die daarbij, ook door [eiser], is gemaakt voor reïntegratie bij een andere werkgever.
3.5. Ter zitting heeft [eiser] naar voren gebracht dat GLS zich niet steeds als een goed werkgever heeft gedragen. Naar het voorlopig oordeel van de kantonrechter heeft [eiser] daarin gelijk op twee punten. Zijn chef gaf onder het motto “Nood breekt wet” het bedrijfsbelang gemakkelijk voorrang, wanneer er geen bijrijder beschikbaar was. Dan werd [eiser] alleen op pad gestuurd. Voorts is het [eiser] rauw op het dak gevallen dat hij zijn werk van de ene op de andere dag moest neerleggen. Een goed werkgever zou dit zorgvuldig hebben begeleid. Maar deze tekortkomingen brengen naar het voorlopige oordeel van de kantonrechter niet mee dat van GLS toch gevergd kan worden om [eiser] opnieuw tewerk te stellen met een bijrijder.
4. Uit het voorgaande volgt dat de gevorderde voorziening moet worden gewei-gerd. [eiser] zal als de in het ongelijk gestelde partij worden verwezen in de proceskosten.
rechtdoende als voorzieningenrechter:
veroordeelt [eiser] in de kosten van het geding, gevallen aan de zijde van GLS en tot op heden begroot op € 360,- wegens salaris van de gemachtigde van GLS.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.J.M. Klarenbeek, kantonrechter, en uitgespro-ken ter openbare terechtzitting van 21 maart 2005 in tegenwoordigheid van de griffier.