ECLI:NL:RBMID:2006:AY5739

Rechtbank Middelburg

Datum uitspraak
5 juli 2006
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
51023 HA ZA 2006/33
Instantie
Rechtbank Middelburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • M.C. de Regt
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling uit verzuimverzekeringsovereenkomst

In deze zaak vorderde de N.V. Amersfoortse Algemene Verzekering Maatschappij (hierna: de Amersfoortse) een bedrag van € 20.672,89 van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Verdonk B.V. (hierna: Verdonk) op basis van een verzuimverzekeringsovereenkomst die in oktober 2002 was gesloten. De Amersfoortse stelde dat Verdonk in gebreke was gebleven met de betaling van opeisbare premiebedragen, ondanks herhaalde sommaties. De rechtbank had eerder een comparitie van partijen gelast, maar Verdonk was niet verschenen. De Amersfoortse had diverse producties overgelegd, waaronder berekeningen van de verschuldigde premies over de jaren 2003, 2004 en 2005.

De rechtbank oordeelde dat uit de overgelegde stukken bleek dat Verdonk geen verweer had gevoerd tegen de vordering van de Amersfoortse. Verdonk had geen reactie gegeven op de berekeningen die de Amersfoortse had toegestuurd en was niet ter comparitie verschenen om haar standpunt toe te lichten. De rechtbank leidde hieruit af dat Verdonk haar verweer had laten varen. Daarom werd de vordering van de Amersfoortse toegewezen, en werd Verdonk veroordeeld in de kosten van de procedure.

In de beslissing werd Verdonk veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met wettelijke rente over het nog niet betaalde deel van de premie. Daarnaast werd Verdonk ook veroordeeld in de proceskosten, die door de rechtbank werden begroot op een totaal van € 1.708,87. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK MIDDELBURG
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 51023 / HA ZA 06-33
Vonnis van 5 juli 2006
in de zaak van
de naamloze vennootschap
N.V. AMERSFOORTSE ALGEMENE VERZEKERING MAATSCHAPPIJ,
gevestigd te Amersfoort,
eiseres,
procureur: mr. C.J. IJdema,
advocaat: mr. E.J. Lichtenveldt te Rotterdam,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
VERDONK B.V.,
gevestigd te 's-Heerenhoek,
gedaagde,
procureur: gedesisteerd.
Partijen zullen hierna de Amersfoortse en Verdonk genoemd worden.
De procedure
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 22 maart 2006
- het proces-verbaal van comparitie van 27 juni 2006.
De feiten
De Amersfoortse heeft omstreeks oktober 2002 met Verdonk een verzekeringsovereenkomst gesloten onder polisnummer 22-0132765. De rechtbank heeft bij tussenvonnis van 22 maart 2006 een comparitie van partijen gelast. Vooruitlopend op de comparitie van partijen heeft de Amersfoortse bij brief van 9 juni 2006 onder toezending van een afschrift aan de toenmalige raadsman van Verdonk nog 9 producties aan de rechtbank toegezonden, waaronder het door Verdonk ingevulde naverrekeningsformulier, een herberekening van de over 2003 verschuldigde premie en een berekening van de premie over 2004 en 2005. Bij brief van 12 juni 2006 heeft de raadsman van Verdonk aan de rechtbank medegedeeld dat hij was teruggetreden als procureur van Verdonk. Vervolgens heeft de griffier van de rechtbank bij brief van 15 juni 2006 Verdonk gewezen op het feit dat zij uitsluitend via een procureur nog stukken kon overleggen en dat indien zij niet ter comparitie zou verschijnen de rechtbank alleen met haar standpunt zou rekening houden voor zover dat uit de overgelegde stukken blijkt. Verdonk is niet ter comparitie verschenen.
Het geschil
De Amersfoortse vordert dat het de rechtbank behage bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, Verdonk te veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting te voldoen een bedrag van € 20.672,89, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente over € 19.318,07 vanaf 29 november 2005 tot aan de dag der algehele voldoening, met veroordeling van Verdonk in de kosten van het geding. Zij legt aan haar vordering ten grondslag dat zij omstreeks oktober 2002 met Verdonk een verzekeringsovereenkomst heeft gesloten onder polisnummer 22-0132765. Verdonk is ondanks diverse sommaties in gebreke gebleven met de voldoening van opeisbare premiebedragen voor een bedrag van € 19.318,07. De overeenkomst waar de vordering uit voortvloeit is een handelsovereenkomst in de zin van artikel 6:119a van het Burgerlijk Wetboek. Daarnaast maakt de Amersfoortse aanspraak op vergoeding van buitengerechtelijke kosten voor een bedrag van € 904,00 te vermeerderen met BTW. Zij heeft deze kosten daadwerkelijk gemaakt. Zij heeft zelf de nodige werkzaamheden verricht om betaling te verkrijgen en vervolgens heeft zij haar vordering ter incasso uit handen gegeven aan Cashcontrol Incassodiensten B.V. te Rotterdam. Zij verwijst naar de als producties overgelegde sommaties.
Verdonk heeft bij conclusie van antwoord verweer gevoerd. Zij erkent dat zij met de Amersfoortse een verzuimverzekeringsovereenkomst heeft gesloten. Die verzekering was echter bedoeld voor haar vaste werknemers. De door de Amersfoortse in rekening gebrachte premie is dermate hoog dat Verdonk er vanuit gaat dat ook de tijdelijke krachten onder die verzekering zijn gebracht. De accountant van Verdonk heeft bij de jaaropgave van het personeel per abuis ook de tijdelijke krachten vermeld. Voor het vaststellen van het correcte premiebedrag dient Verdonk te beschikken over de premieberekeningen van de Amersfoortse over 2003, 2004 en 2005. Het is aan de Amersfoortse om deze gegevens alsnog te verstrekken.
De beoordeling
Uit de stukken die de Amersfoortse met het oog op de comparitie van partijen met een afschrift aan de raadsman van Verdonk aan de rechtbank heeft toegezonden blijkt, dat de Amersfoortse de haar gemaakte (her-) berekeningen telkens aan Verdonk heeft doen toekomen. Uit niets blijkt dat Verdonk daar op heeft gereageerd. Verdonk is niet ter comparitie verschenen om haar standpunt nader toe te lichten. De rechtbank leidt daaruit af dat zij na het zien van die stukken haar verweer heeft laten varen. De rechtbank zal de vordering derhalve toewijzen. Verdonk dient als de in het ongelijk te stellen partij te worden veroordeeld in de kosten van de procedure.
De beslissing
De rechtbank
veroordeelt Verdonk om aan de Amersfoortse te betalen een bedrag van EUR 20.672,89 (twintig duizend zeshonderd tweeënzeventig euro en negenentachtig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6: 119a BW over het nog niet betaalde deel van het bedrag van EUR 19.318,07 vanaf 29 november 2005 tot de dag van volledige betaling,
veroordeelt Verdonk in de kosten van het geding welke aan de zijde van de Amersfoortse tot aan dit moment worden begroot op € 455,00 wegens griffierecht, € 95,87 wegens overige verschotten en € 1.158,00 wegens procureurssalaris;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.C. de Regt en in het openbaar uitgesproken op 5 juli 2006.?