ECLI:NL:RBMID:2006:AY7208
Rechtbank Middelburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M.C. de Regt
- Rechtspraak.nl
Vordering tot verklaring voor recht van onvoorwaardelijk optierecht met betrekking tot onroerend goed
In deze zaak vorderde eiser, wonende te Noordgouwe, dat de rechtbank zou verklaren voor recht dat gedaagde, wonende te Burgh-Haamstede, aan hem een onvoorwaardelijk optierecht heeft verleend ten aanzien van een onroerend goed, bekend als restaurant "Duinzicht". Eiser stelde dat hij vanaf 1 december 2010 voor een vooraf vastgestelde koopsom van € 200.000,00 k.k. mede-eigenaar zou worden van het pand. Subsidiair vorderde hij gedaagde te veroordelen om de onderhandelingen af te ronden die zouden leiden tot het vestigen van een optierecht, met veroordeling van gedaagde in de kosten van het geding.
Gedaagde voerde verweer en stelde dat er geen overeenkomst tot stand was gekomen, omdat de fiscale consequenties van een eventuele deelname door eiser niet duidelijk waren. Hij had eiser gepolst over deelname in de aankoop van een ander pand, maar er was geen definitieve overeenkomst bereikt. De rechtbank oordeelde dat, hoewel gedaagde aan eiser het recht had verleend om deel te nemen in het onroerend goed, de voorwaarden waaronder dit zou kunnen gebeuren onvoldoende concreet waren uitgewerkt om te spreken van een onvoorwaardelijk optierecht. Er bestond onduidelijkheid over de fiscale consequenties en de regeling voor onderhoud en uitbreiding van het pand.
De rechtbank wees de primaire vordering van eiser af, maar erkende dat gedaagde het gerechtvaardigd vertrouwen had gewekt dat eiser op enig moment zou kunnen deelnemen in het onroerend goed. De subsidiaire vordering werd eveneens afgewezen, omdat deze niet ruimte liet voor verdere onderhandelingen. Eiser werd veroordeeld in de kosten van het geding, die aan de zijde van gedaagde werden begroot op € 1.148,00, bestaande uit griffierecht en procureurssalaris. Het vonnis werd uitgesproken op 8 maart 2006 door mr. M.C. de Regt.