ECLI:NL:RBMID:2006:AZ8230
Rechtbank Middelburg
- Kort geding
- M.C. de Regt
- Rechtspraak.nl
Verbod tot doop van minderjarige door biologische vader
In deze zaak vordert de biologische vader van de minderjarige, hierna te noemen [de minderjarige], dat gedaagden, waaronder de stichting Bureau Jeugdzorg Zeeland (BJZ), worden verboden om toestemming te geven voor de doop van [de minderjarige] binnen een periode van vijf jaar, op straffe van een dwangsom. De minderjarige is geboren op [geboortedatum] en is sinds januari 2000 onder toezicht van Stichting Jeugdzorg Den Bosch geplaatst. De biologische moeder van [de minderjarige] komt uit een rooms-katholiek gezin, terwijl de vader niet praktiserend moslim is. De vader stelt dat het van belang is dat [de minderjarige] zelf kan kiezen welk geloof hij wil aanhangen, en dat de doop een belemmering vormt voor deze keuze.
De voorzieningenrechter overweegt dat de voogdij over [de minderjarige] berust bij BJZ, die op basis van artikel 1:245 BW zeggenschap heeft over zaken die de persoon van de minderjarige betreffen, waaronder de doop. De rechter stelt vast dat de minderjarige zelf heeft aangegeven gedoopt te willen worden en dat de doop niet in strijd is met zijn keuzevrijheid betreffende religie. De voorzieningenrechter komt tot de conclusie dat het belang van de vader bij het verbieden van de doop niet zwaar genoeg weegt, en wijst de vorderingen van de vader af. De vader wordt veroordeeld in de proceskosten van het geding.
Het vonnis is gewezen op 14 november 2006 door mr. M.C. de Regt, voorzieningenrechter, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.