ECLI:NL:RBMID:2007:BJ4484
Rechtbank Middelburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verkeersongeval met ernstige letselschade en schadevergoeding
In deze zaak gaat het om een verkeersongeval dat plaatsvond op 28 augustus 1997, waarbij de eiser, destijds 17 jaar oud, als bromfietser ten val kwam en werd overreden door een maaimachine. Dit ongeval resulteerde in een subtotale amputatie van zijn linkeronderarm, waardoor hij een prothese draagt. De eiser vordert schadevergoeding van de onderlinge waarborgmaatschappij ZLM U.A. voor diverse schadeposten, waaronder materiële schade, reiskosten, en immateriële schade, in totaal een bedrag van € 270.696,31, vermeerderd met wettelijke rente. De rechtbank heeft de procedure gevolgd, waarbij eerder tussenvonnissen zijn uitgesproken en partijen hun standpunten hebben toegelicht.
De rechtbank heeft zich in het vonnis van 2 mei 2007 geconcentreerd op de schadepost van verlies aan verdienvermogen. De eiser stelt dat hij door het ongeval en de daaruit voortvloeiende handicap heeft besloten om verder te studeren in plaats van direct te gaan werken, wat hem een lager inkomen heeft opgeleverd. ZLM betwist dit en stelt dat de keuze om te studeren niet het gevolg is van het ongeval, maar een vrije keuze van de eiser. De rechtbank heeft vastgesteld dat er een causaal verband bestaat tussen het ongeval en de keuze om te studeren, maar oordeelt dat de eiser geen schade heeft geleden in de zin van verlies van verdienvermogen. De rechtbank concludeert dat de eiser, gezien zijn doorzettingsvermogen en de verwachte loopbaanontwikkeling, in de toekomst een hoger inkomen zal kunnen verwerven dan zonder het ongeval.
De rechtbank wijst de vordering van de eiser af voor zover deze betrekking heeft op schadepost g, het verlies van verdienvermogen, en verwijst de zaak voor het overige naar de rol voor verdere behandeling. De uitspraak is gedaan door rechter S.M.J. van Dijk en openbaar uitgesproken op 2 mei 2007.