ECLI:NL:RBMID:2009:BH0659
Rechtbank Middelburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- R.C.M. Reinarz
- Rechtspraak.nl
Peilbesluit voor het Veerse Meer en de gevolgen voor de landbouw
In deze zaak heeft de Rechtbank Middelburg op 21 januari 2009 uitspraak gedaan in een geschil over een peilbesluit dat door de staatssecretaris van Rijkswaterstaat is vastgesteld voor het Veerse Meer. Dit besluit, dat op 8 oktober 2007 werd genomen, heeft betrekking op de fluctuatie van het waterpeil in de zomer en winter, met als doel de ecologische kwaliteit en waterkwaliteit van het meer te verbeteren. Eisers, die voornamelijk landbouwers zijn, hebben tegen dit besluit beroep ingesteld, omdat zij vrezen voor negatieve effecten op hun landbouwactiviteiten door een hoger grondwaterpeil. Zij stellen dat de staatssecretaris de negatieve effecten voor de landbouw heeft gebagatelliseerd en dat er onvoldoende onderzoek is gedaan naar de impact van het peilbesluit op individuele bedrijven.
De rechtbank heeft vastgesteld dat het peilbesluit is genomen in overeenstemming met de Wet op de waterhuishouding en dat de staatssecretaris een grote beoordelingsvrijheid heeft bij het vaststellen van peilbesluiten. De rechtbank heeft de argumenten van eisers, waaronder de zorgen over verzilting en de adequaatheid van de compenserende maatregelen, beoordeeld. De rechtbank concludeert dat er voldoende waarborgen zijn dat de negatieve gevolgen voor de landbouw beperkt zullen blijven en dat de compenserende maatregelen tijdig zullen worden uitgevoerd. De rechtbank heeft ook opgemerkt dat de informatievoorziening door de staatssecretaris aan de belanghebbenden niet altijd adequaat is geweest, maar dat er inmiddels afspraken zijn gemaakt voor betere communicatie en overleg met de betrokken landbouwers.
Uiteindelijk heeft de rechtbank het beroep van eisers ongegrond verklaard, waarmee het peilbesluit in stand blijft. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.