ECLI:NL:RBMID:2009:BH9059
Rechtbank Middelburg
- Voorlopige voorziening
- R.C.M. Reinarz
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening inzake kapvergunning en wijziging Kapverordening Goes
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Middelburg op 30 maart 2009 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening met betrekking tot een kapvergunning. De verzoeker, vertegenwoordigd door dr. mr. H.J. Hoegen Dijkhof, had bezwaar gemaakt tegen de kapvergunning die was verleend aan een besloten vennootschap voor het vellen van bomen in Goes. De voorzieningenrechter had eerder, op 26 februari 2009, de besluiten tot verlening van de kapvergunning geschorst, omdat niet overtuigend was aangetoond dat de bomen buiten de vergunningplicht van de gewijzigde Kapverordening vielen.
In de uitspraak van 30 maart 2009 werd vastgesteld dat de kapvergunningplicht voor de betrokken gebieden was vervallen. De voorzieningenrechter oordeelde dat de belangenafweging die door de gemeente was gemaakt, niet kennelijk onredelijk was. De voorzieningenrechter zag geen aanleiding om opnieuw een voorziening te treffen, omdat de bestemmingsplanprocedure waar de verzoeker naar verwees, niet relevant was voor dit verzoek. De kwesties van herplantplicht en dwangsommen werden als niet spoedeisend beschouwd.
De voorzieningenrechter concludeerde dat de gemeenteraad op 12 februari 2009 had besloten dat de kapvergunningplicht alleen nog gold voor monumentale en waardevolle bomen, en dat de vergunningplicht voor de bomen waarvoor de kapvergunning was verleend, was komen te vervallen. De voorzieningenrechter oordeelde dat de gewijzigde bepalingen van de Kapverordening niet onverbindend waren en dat het aan de gemeenteraad was om het beleid te beoordelen. Uiteindelijk werd het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen.