ECLI:NL:RBMNE:2013:4698
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verjaring van bevoegdheid tot executeren van een rechterlijke beslissing en wettelijke rente
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 2 oktober 2013 uitspraak gedaan in een geschil tussen [eiseres] en Direktbank N.V. De zaak betreft de verjaring van de bevoegdheid tot executie van een rechterlijke beslissing uit 1988. De kantonrechter oordeelde dat de bevoegdheid tot executie van de hoofdsom nog niet was verjaard, terwijl de bevoegdheid tot executie van de wettelijke rente wel was verjaard. De eiseres had in het verleden een vonnis van de kantonrechter te Amsterdam ontvangen, waarbij zij en haar toenmalige echtgenoot waren veroordeeld tot betaling van een hoofdsom van NLG 5000,00, vermeerderd met wettelijke rente. De eiseres had tot en met 20 april 1995 een bedrag van € 737,10 aan Direktbank betaald. De eiseres vorderde in deze procedure een verklaring voor recht dat de bevoegdheid tot tenuitvoerlegging van het vonnis was verjaard. De kantonrechter oordeelde dat de verjaringstermijn voor de hoofdsom twintig jaar bedraagt, terwijl voor de wettelijke rente een verkorte verjaringstermijn van vijf jaar geldt. Aangezien de laatste betaling door de eiseres op 20 april 1995 had plaatsgevonden, was de bevoegdheid tot tenuitvoerlegging van de wettelijke rente verjaard op 20 april 2000. De kantonrechter heeft de vorderingen van de eiseres deels toegewezen en de proceskosten gecompenseerd.