ECLI:NL:RBMNE:2013:BZ7204
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vaststelling kinderalimentatie voor minderjarige die nooit in gezinsverband heeft geleefd
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 10 april 2013 uitspraak gedaan over de vaststelling van kinderalimentatie voor een minderjarige die nooit in gezinsverband met de ouders heeft geleefd. De vrouw, de verzoekster, heeft op 21 juni 2011 een verzoekschrift ingediend om de man, de verweerder, te veroordelen tot betaling van een maandelijkse bijdrage voor de kosten van verzorging en opvoeding van hun kind. De man heeft zich verweerd door te stellen dat de vrouw de behoefte aan een bijdrage niet voldoende heeft onderbouwd en dat hij onvoldoende draagkracht heeft om bij te dragen aan de kosten van het kind.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de vrouw ten tijde van de geboorte van het kind geen inkomen had en dat de man studiefinanciering ontving. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de behoefte van het kind niet kan worden vastgesteld op basis van het Tremarapport, omdat de vrouw in de gevangenis verbleef en de man studeerde. De rechtbank heeft de behoefte van het kind vastgesteld op € 105,-- per maand, gebaseerd op het laagste bedrag van de tabel eigen aandeel kosten van kinderen in 2001, geïndexeerd naar 2012.
De rechtbank heeft de ingangsdatum van de alimentatie vastgesteld op 14 november 2012, de datum waarop het gerechtelijk vaderschap van de man is vastgesteld. De rechtbank heeft geoordeeld dat de vrouw in staat moet worden geacht om inkomen op bijstandsniveau te verwerven, maar dat zij op dat moment niet in staat is om bij te dragen aan de kosten van het kind. De man heeft een aantal schulden en de rechtbank heeft geoordeeld dat hij in staat is om een bijdrage van € 105,-- per maand te betalen. De rechtbank heeft de verzoeken van de vrouw en de man beoordeeld en heeft de alimentatie vastgesteld op € 105,-- per maand, uitvoerbaar bij voorraad.