Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 3 oktober 2012;
- het proces-verbaal van comparitie van 7 februari 2013;
- de conclusie van repliek van 22 mei 2013;
- de conclusie van dupliek van 11 september 2013.
2.De feiten
4.De beoordeling
Beroep op artikel 6:89 BW
NJ2010, 83). Een situatie als in dat arrest aan de orde, doet zich in dit geval niet voor. Rabobank vordert in deze procedure vergoeding van schade die zij zelf heeft geleden als gevolg van de toerekenbare tekortkoming door [naam], niet van schade die – zoals in het genoemde arrest wel het geval was – aan derden is vergoed omdat Rabobank aansprakelijk zou zijn ten opzichte van die derden voor door hen geleden schade. Genoemd arrest ziet niet op de situatie dat, zoals hier, de aangesproken partij van mening is dat een andere partij (mede)aansprakelijk is. [naam] lijkt uit het oog te verliezen dat Rabobank opdracht heeft gegeven aan de Bouwcombinatie tot het aanpassen van de achtentachtig deuren en de Bouwcombinatie derhalve als crediteur heeft te gelden en zonder nadere toelichting, die op dit punt ontbreekt, niet valt in te zien dat Rabobank zich jegens de Bouwcombinatie op enige bepaling in het bestek of een contract zou kunnen beroepen om haar betalingsverplichtingen jegens de Bouwcombinatie “uit te sluiten” of te beperken. Dit alles brengt tevens mee dat het verweer van [naam] dat geen sprake is van rechtstreekse schade in de zin van artikel 13 lid 1 SR 1997, faalt. Met haar verweer dat Rabobank niet aan een op haar rustende schadebeperkingsplicht heeft voldaan en daarom geen sprake is van rechtstreekse schade verliest [naam] uit het oog dat het feit dat deze plicht eventueel geschonden is onverlet laat dat sprake is van rechtstreekse schade. Voor zover [naam] bedoeld heeft een beroep te doen op artikel 6:101 lid 1 BW, al dan niet in samenhang met artikel 6:10 BW, door te stellen dat Rabobank de Bouwcombinatie diende aan te spreken, faalt. Dit omdat hiervoor is overwogen dat niet is komen vast te staan dat sprake is van enige tekortkoming in de nakoming van overeenkomsten die aan de Bouwcombinatie moet worden toegerekend en [naam] geen feiten en omstandigheden heeft gesteld die meebrengen dat enig handelen van (in dit geval) de Bouwcombinatie aan Rabobank moet worden toegerekend, althans tot haar risicosfeer behoort.
NJ2000, 258) en is [naam] daarmee in verzuim komen te verkeren.
6.000,00(3,0 punten × tarief € 2.000,00)