In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Midden-Nederland op 6 augustus 2014, hebben eisers, [eiser] en [eiseres], een kort geding aangespannen tegen gedaagde, die niet is verschenen. De eisers vorderen ontruiming van hun woning en betaling van huurachterstand en waarborgsom. De procedure is gestart met een dagvaarding op 17 juli 2014, waarna gedaagde op 28 juli 2014 verzocht heeft om de zitting te verplaatsen vanwege medische redenen en het ontbreken van vervoer. De voorzieningenrechter heeft dit verzoek afgewezen, omdat gedaagde niet tijdig om uitstel heeft gevraagd en onvoldoende bewijs heeft geleverd voor haar verhindering. Tijdens de zitting op 30 juli 2014 is verstek verleend tegen gedaagde.
Eisers hebben hun vorderingen onderbouwd met de stelling dat gedaagde tekort is geschoten in de nakoming van de huurovereenkomst door huur en waarborgsom niet te betalen. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de vorderingen van eisers niet onrechtmatig of ongegrond zijn en heeft de ontruiming toegewezen, met uitzondering van de gevorderde machtiging voor zelfuitvoering van de ontruiming, omdat deze al voortvloeit uit de wet. De vordering tot vergoeding van ontruimingskosten is afgewezen, omdat deze kosten pas na het vonnis kunnen worden vastgesteld.
De voorzieningenrechter heeft gedaagde veroordeeld tot ontruiming van de woning binnen twee dagen na betekening van het vonnis en tot betaling van de huurachterstand en waarborgsom. Gedaagde is ook veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op € 1.490,77. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. C.E.M. Nootenboom-Lock.