4.3Het oordeel van de rechtbank
oplichting [benadeelde 1]
Op 1 maart 2014 werd [benadeelde 1] gebeld door een man die zich “[X]” noemde. Hij belde naar aanleiding van een advertentie op Marktplaats waarin [benadeelde 1] haar mobiele telefoon, een iPhone 5 van het merk Apple te koop aanbood. Afgesproken werd elkaar op Hoog Catharijne te Utrecht te ontmoeten. Daar zag zij een jongen staan die zij herkende als “[verdachte]”, een half Egyptische en half Nederlandse jongen. Zij herkende hem van een leefgroep waar zij allebei gewoond hebben. Deze jongen bevestigde dat zij hem eerder aan de telefoon had gehad en vertelde dat hij geen “[X]” heette. Zij gaf de jongen haar telefoon. De jongen overhandigde haar 8 biljetten van € 50,00. Op het moment dat zij het geld in handen kreeg zag zij aan de kleur van de briefjes dat het nepgeld was. Zij draaide zich om naar de jongen en zag dat hij ineens weg was. In een kiosk liet zij het geld door een machine halen en daaruit bleek dat het geld inderdaad nep was.
Voornoemde biljetten zijn onderzocht door [BOA], BOA van de politie Utrecht. Zij constateerde dat kleur van de biljetten afweek af de kleur van echte biljetten van € 50,00. Voorts ontbrak in alle biljetten het watermerk. 2 biljetten waren voorzien van het identieke serienummer x72899885135 en 6 biljetten waren voorzien van het identieke serienummer p28181163052.
oplichting [benadeelde 3]
werd op 24 februari 2014 gebeld door iemand die zich [verdachte] noemde. [verdachte] belde naar aanleiding van een advertentie op Marktplaats waarin [benadeelde 3] twee mobiele telefoons van het merk Apple, type 4s aanbood. [verdachte] had interesse in één van de telefoons. [verdachte] maakte tijdens de contacten gebruik van de telefoonnummers [telefoonnummer] en [telefoonnummer]. Afgesproken werd elkaar te ontmoeten op de St. Jacobsstraat te Utrecht. Daar ontmoette hij [verdachte]. [verdachte] kocht de telefoon en overhandigde hem 5 biljetten van € 50,00. Thuis constateerde zijn vriendin dat de biljetten vals waren.
Voornoemde biljetten zijn onderzocht door [documentdeskundige], documentdeskundige van de politie Utrecht. Hij constateerde dat de biljetten vals waren. De 5 biljetten hadden een identiek serienummer eindigend op px28181163052. De biljetten waren niet vervaardigd middels de geëigende druktechnieken en waren niet voorzien van een watermerk en veiligheidsdraad.
Oplichting [benadeelde 2]
Op 3 maart 2014 werd Van [benadeelde 2] gebeld door telefoonnummer [telefoonnummer]. Op 4 maart 2014 belde zij dit nummer terug en kreeg een jongen aan de telefoon die zich “[X]” noemde. Hij had belangstelling voor een door [benadeelde 2] op Marktplaats geplaatste advertentie waarin zij haar tablet, een Samsung Galaxy Note 10.1 te koop aanbood. Afgesproken werd elkaar op 5 maart 2014 op de St. Jacobsstraat te Utrecht te ontmoeten. Op 5 maart 2014 belde zij het nummer van [X] en ontmoette hem. Zij overhandigde hem haar tablet. [X] betaalde met 5 biljetten van € 50,00 en liep weg. Zij vermoedde dat de biljetten vals waren en liet deze bij een bank controleren, waar bevestigd werd dat de biljetten vals waren.
Voornoemde valse bankbiljetten zijn door de politie in beslag genomen.
oplichting [benadeelde 4]
Op 24 maart 2014 had [benadeelde 4] een afspraak in zijn woning te Utrecht aan de [straatnaam], met een man. De man had interesse in een door [benadeelde 4] op Marktplaats te koop aangeboden iPad. Hij had contact met de man gehad op telefoonnummer [telefoonnummer]. De man betaalde met 4 briefjes van € 50,00. Op het moment dat [benadeelde 4] de biljetten oppakte vroeg de man vroeg direct waar hij naar buiten kon. Hij had de biljetten neergelegd en de man naar buiten gelaten. Daarna merkte hij dat de briefjes vals waren.
Vier van voornoemde biljetten zijn onderzocht door [documentdeskundige], documentdeskundige van de politie Utrecht. Hij constateerde dat de biljetten vals waren. De 4 biljetten hadden - in totaal - twee identieke serienummers: x72899885135 en p28181163052. De biljetten waren niet vervaardigd middels de geëigende druktechnieken en waren niet voorzien van een watermerk en veiligheidsdraad.
Op het vijfde bankbiljet was voorzien van serienummer p28181163052. Op dit bankbiljet werd een vingerafdruk aangetroffen, die afkomstig was van verdachte [verdachte].
overige bewijsmiddelen
[medeverdachte 2] heeft op 2 april 2014 verklaard dat hij [medeverdachte 1] en [verdachte] kent. Zijn telefoonnummer is [telefoonnummer], maar dat wordt door hen alle drie gebruikt. Op een gegeven moment kwamen [verdachte] en [medeverdachte 1] met valse briefjes van
€ 50,00 aanzetten. [medeverdachte 1] had hem en [verdachte] gezegd dat zij op Marktplaats moesten zoeken naar advertenties van iPhone. Als ze die hadden gevonden moesten zij bellen naar de verkoper en een afspraak maken. Af en toe belde hij met de verkopers, de andere keren belde [verdachte]. Ze belden met zijn telefoon en de twee telefoons van [verdachte]. De telefoonnummers van [verdachte] begonnen met [telefoonnummer] en [telefoonnummer]. Als zij een afspraak met de verkoper hadden gemaakt belden zij [medeverdachte 1]. Zij gingen dan met zijn drieën in de auto van [medeverdachte 1] naar het adres. [verdachte] moest dan de telefoon gaan kopen met het valse geld. Dit hadden zij meerdere keren gedaan, hij was er 7 of 8 keer bij geweest. [medeverdachte 1] en [verdachte] gingen ook wel eens samen op pad. De laatste keer was twee weken geleden, in de buurt van het winkelcentrum De Gaard.
[medeverdachte 1] heeft op 25 maart 2014 verklaard dat hij [medeverdachte 2] en [verdachte] kent vanuit opvangcentrum [opvangcentrum]. [verdachte] heeft de Nederlandse en Egyptische nationaliteit.
Op 24 maart 2014 was hij samen met [medeverdachte 2] en [verdachte] in zijn auto. Hij zag dat [verdachte] uitstapte en de [straatnaam] inliep. Ongeveer tien minuten later kwam [verdachte] rennend terug en had hij een wit doosje bij zich. [verdachte] en [medeverdachte 2] hadden vals geld in hun bezit en kochten via Marktplaats met vals geld telefoons, voornamelijk iPhones en telefoons van het merk Samsung. [verdachte] gebruikt telefoonnummer [telefoonnummer].Als ze afgesproken hadden met de verkoper ging [verdachte] bij die mensen naar binnen en betaalde met valse briefjes. [verdachte] heeft een witte Samsung telefoon.
Op 27 maart 2014 werd in het opvangcentrum [opvangcentrum] de kamer van verdachte doorzocht. De kamer was inmiddels ontruimd. [A], projectcoördinator bij [opvangcentrum], overhandigde de verbalisanten twee telefoons, waaronder een Samsung E1200 die zij bij de ontruiming van de kamer van verdachte veilig hadden gesteld.Bij de witte Samsung E1200 hoort het telefoonnummer [telefoonnummer].
(Bewijs)overwegingen
Verklaringen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2]
De raadsvrouw heeft gesteld dat de verklaringen van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] onbetrouwbaar zijn en derhalve niet voor het bewijs gebezigd kunnen worden. Beiden hebben er volgens de raadsvrouw belang bij om een voor verdachte belastende verklaring af te leggen. [medeverdachte 1] heeft volgens de raadsvrouw al eerder aantoonbaar gelogen over verdachte: [medeverdachte 1] heeft in het verleden verklaard dat verdachte een vuurwapen op zijn kamer zou hebben, bij de daarop volgende doorzoeking werd vervolgens geen vuurwapen aangetroffen.
De rechtbank acht de verklaringen van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] betrouwbaar en zal deze bezigen voor het bewijs. De rechtbank overweegt daartoe dat [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] in hun verklaringen ook zichzelf belasten, en dat de verklaringen elkaar over en weer op onderdelen bevestigen. De verklaringen van beiden vinden voorts – op onderdelen – steun in voornoemde bewijsmiddelen. De verklaring van [medeverdachte 2] vindt eveneens steun in de verklaringen van getuigen [getuige 1]en [getuige 2].
De rechtbank acht, voornoemde feiten en omstandigheden in onderling verband en samenhang bezien, wettig en overtuigend bewezen dat verdachte samen met anderen opzettelijk valse biljetten van € 50,00 heeft uitgegeven en de in de tenlastelegging genoemde personen heeft opgelicht door de door hen aangeboden goederen met vals geld te betalen.
De door de verdediging gevoerde verweren worden weerlegd door voornoemde bewijsmiddelen.