Uitspraak
Vonnis in het kort geding van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
De procedure
- de dagvaarding van De Grutterij van 27 juli 2015, houdende een vordering tot het treffen van voorzieningen bij voorraad, met de producties 1 tot en met 18;
- een brief van de gemachtigde van Ahold van 20 augustus 2015 met 7 producties;
- een brief van de gemachtigde van De Grutterij van 20 augustus 2015 met de productie 19;
- een brief van de gemachtigde van Ahold van 21 augustus 2015, houdende de aankondiging van de instelling van een reconventionele vordering;
- een brief van de gemachtigde van Ahold van 21 augustus 2015 met de producties 8 en 9;
- door de gemachtigden van partijen bij gelegenheid van de mondelinge behandeling overgelegde pleitnotities.
De feiten
Zoals al verwoord in onze brief d.d. 4 juni 2015, hebben wij besloten onze werkzaamheden stil te leggen, omdat de uitgangspunten op basis waarvan wij met u tot een nieuwe huurovereenkomst zijn gekomen dusdanig zijn gewijzigd waardoor er thans geen rendabele business case mogelijk is voor Albert Heijn. Wij menen dat u ons vanwege de huidige situatie niet, althans niet onverkort aan de huurovereenkomst kunt houden, waarmee wij dan ook terecht tot (tijdelijke) stillegging zijn overgegaan alvorens een oplossing is bereikt.
Het geschil
De beoordeling
Dirk van den Broek kan ten opzichte van Albert Heijn worden gepositioneerd als een discounter. Dit betekent dat Albert Heijn en een Dirk van den Broek van complementaire aard zijn en dus beperkt concurreren. Daarnaast verschillen de supermarkten ten aanzien van uitstraling, perceptie, assortimentsomvang en aantal vestigingen”.