ECLI:NL:RBMNE:2015:9620

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
15 september 2015
Publicatiedatum
21 maart 2016
Zaaknummer
16/705621-14 (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Mensenhandel en uitbuiting van een minderjarige in de prostitutie

Op 15 september 2015 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan mensenhandel. De verdachte werd veroordeeld tot 18 maanden gevangenisstraf, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, voor het in de prostitutie brengen van een minderjarige, die op dat moment 15 jaar oud was. Gedurende een periode van ongeveer drie weken heeft de verdachte de minderjarige in de prostitutie gebracht en daarvan geprofiteerd. De rechtbank oordeelde dat de verdachte de minderjarige ertoe heeft gebracht zich beschikbaar te stellen voor seksuele handelingen en dat hij opzettelijk voordeel heeft getrokken uit haar werkzaamheden.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte een seksadvertentie voor de minderjarige heeft aangemaakt en beheerd op een online platform. Hij heeft ook de communicatie met klanten geregeld en instructies gegeven over de prijzen voor de seksuele diensten. De rechtbank heeft de verklaringen van de minderjarige als betrouwbaar beoordeeld, ondanks dat zij onder invloed van drugs verkeerde en niet alles meer kon herinneren. De verdachte ontkende echter te weten dat de minderjarige nog geen 18 jaar oud was en stelde dat hij haar alleen wilde helpen.

De rechtbank heeft de ernst van de feiten benadrukt, waarbij de lichamelijke en geestelijke integriteit van de minderjarige ernstig in het geding was. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een vergaande vorm van uitbuiting, wat de rechtbank zwaar heeft aangerekend. De opgelegde straf is in overeenstemming met de ernst van het bewezen geachte feit en de omstandigheden waaronder dit is begaan. De rechtbank heeft ook bijzondere voorwaarden aan de voorwaardelijke straf verbonden, waaronder een contactverbod met de minderjarige.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Afdeling Strafrecht
Zittingslocatie Utrecht
Parketnummer: 16/705621-14 (P)
Vonnis van de meervoudige strafkamer van 15 september 2015.
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren op [1991] te [geboorteplaats] ,
thans gedetineerd in PI Midden Holland - HvB te Haarlem.

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Het onderzoek ter terechtzitting heeft plaatsgevonden op 9 juni en 1 september 2015. De verdachte is in persoon verschenen en heeft zich ter terechtzitting laten bijstaan door mr. J.C. Reisinger, advocaat te Utrecht.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van wat verdachte en de raadsman naar voren hebben gebracht.

2.Tenlastelegging

De tenlastelegging is op de zitting van 9 juni 2015 gewijzigd.
De tenlastelegging is, met wijziging, als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
zich in de periode van 15 juni 2014 tot en met 13 augustus 2014 ten aanzien van
[slachtoffer] (geboren op [1998] ) schuldig heeft gemaakt aan mensenhandel, terwijl die [slachtoffer] de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt.

3.Voorvragen

De dagvaarding is geldig, deze rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde feit en de officier van justitie is ontvankelijk. Er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.Waardering van het bewijs

4.1
Het standpunt van het Openbaar Ministerie
De officier van justitie acht het ten laste gelegde, gelet op de in het dossier aanwezige bewijsmiddelen, wettig en overtuigend bewezen, met uitzondering van het tenlastegelegde werven, huisvesten en of opnemen (artikel 273f lid 1 onder 2 Sr) van [slachtoffer] . Van dit onderdeel moet verdachte partieel worden vrijgesproken.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft primair gesteld dat de ten laste gelegde gedragingen niet wettig en overtuigend bewezen kunnen worden, zodat verdachte moet worden vrijgesproken.
Hiertoe heeft de raadsman -samengevat- aangevoerd dat verdachte het ten laste gelegde ontkent en het bewijs met name steunt op de letterlijke inhoud van de zich in het dossier bevindende Whatsappberichten. In deze contacten kan weliswaar veel worden gelezen, maar de verklaringen van verdachte en [slachtoffer] als de deelnemende gesprekspartijen geven daaraan een andere uitleg. De onderdelen in de tenlastelegging dat verdachte aangeefster er toe zou hebben gebracht zich beschikbaar te stellen als prostituee, dan wel andere handelingen zou hebben ondernomen waardoor hij kon vermoeden dat zij zich beschikbaar zou stellen als prostituee, steunen alleen op de letterlijke inhoud van deze Whatsappberichten. Hetzelfde geldt voor het ten laste gelegde voordeel trekken uit de werkzaamheden van verdachte als prostituee. Bovendien was de bijdrage van verdachte van ondergeschikt belang en was hij niet bekend met het feit dat [slachtoffer] minderjarig was.
De verdediging heeft subsidiair gesteld dat het tenlastegelegde artikel 273f onder 2 en onder 5, niet als mensenhandel zijn te kwalificeren (met uitzondering van het 4e en 5e feitelijke gedachtestreepje van het als 273f sub 5 Sr tenlastegelegde), zodat verdachte moet worden ontslagen van alle rechtsvervolging. Hiertoe heeft de raadsman -samengevat- aangevoerd (ten aanzien van sub 2) dat de handelingen niet waren gericht op uitbuiting, en (ten aanzien van sub 5) dat niet gezegd kan worden dat het enkele beheren van het e-mailaccount [slachtoffer] ertoe heeft gebracht om seksuele handelingen te verrichten, laat staan dat hij moest weten dat zij zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van seksuele handelingen.
Meer subsidiair heeft de verdediging gesteld dat de tenlastegelegde periode moet worden beperkt tot de periode van 15 juni 2014 tot 25 juli 2014.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
4.3.1.
Aanleiding van het onderzoek
Het tv-programma [tv programma] deed in 2014 een onderzoek naar misstanden in de prostitutie. Het programma richtte zich op seksadvertenties van jonge vrouwen. In dat kader werd gereageerd op een seksadvertentie op www. [naam] .nl waarin een vrouw zich uitgaf als ‘ [naam] ’. Er werd een afspraakje met haar gemaakt voor 30 juli 2014 bij treinstation Hilversum-Noord. Ter plaatse vertelde ‘ [naam] ’ onder meer over de door haar te verlenen seksuele diensten, de prijs die zij daarvoor hanteerde en dat zij samenwerkte met iemand. ‘ [naam] ’ heeft verteld dat haar naam [slachtoffer] was en heeft als telefoonnummer [telefoonnummer] opgegeven.
Er volgde een 2e ontmoeting op 9 augustus 2014 op het Centraal Station Hilversum. Na deze ontmoeting werd geconstateerd dat ‘ [naam] ’ een woning binnen ging op het adres [adres] te [woonplaats] . Uit onderzoek GBA bleek vervolgens dat het ging om [slachtoffer] , geboren op [1998] .
Omdat [tv programma] (een programma van [getuige] ) vermoedens had dat het meisje pas 15 jaar was, zijn de beelden overhandigd aan de politie.
Een medewerker van de Unit Mensenhandel heeft vervolgens een afspraak met ‘ [naam] ’ gemaakt op 13 augustus 2014. ‘ [naam] ’ werd vervolgens meegenomen naar het politiebureau. Zij heeft verklaard dat zij seks heeft tegen betaling.
4.3.2.
Bewijs [1]
Uit een akte geboorte blijkt dat [slachtoffer] (hierna: [slachtoffer] of [slachtoffer] ) is geboren op [1998] . [2]
Advertentie op site [naam] .nl
Na onderzoek op de site [naam] .nl werden drie advertenties van ‘ [naam] ’ te Hilversum, actief sinds 22 juli 2014, aangetroffen, met als titel: 18 jaar, vandaag tienertje 18 en vandaag 18 jaar. De advertenties hadden dezelfde inhoud. Daarin stond onder meer:
“Hi liefjes, Ik date vandaag weer. Heb je zin in mijn tienerlichaampje? (..) Je mag me ophalen en we kunnen buiten of in de auto sex hebben. Ook wil ik wel met je mee naar huis. (..) Uurtje 150, voor neuken Zc kost het meer. Overnachting all in 950.” Verder stond in de advertentie dat zij 18 jaar oud was. [3]
Klanten
In de onder [slachtoffer] inbeslaggenomen telefoon met telefoonnummer [telefoonnummer] werden meerdere contacten aangetroffen waarbij achter de naam de letter K stond.
Er stonden onder meer Whatsapp berichten in de telefoon die waren gestuurd door en ontvangen van het telefoonnummer [telefoonnummer] , genoemd onder het contact [B] K . [4]
[slachtoffer] heeft verklaard dat zij een K achter een naam in haar telefoon zette als het een klant betrof. [5] [naam] was een van haar klanten. [6] [B] heeft bij de politie verklaard dat hij [verdachte] had ontmoet via [naam] [7] De eerste date was een cardate. Hij heeft toen 150 euro betaald
. [8]
Getuige [getuige] heeft verklaard dat er voor het programma [tv programma] naar aanleiding van een advertentie op [naam] .nl een afspraak met ‘ [naam] ’ werd gemaakt. Er werd een afspraak gemaakt voor 30 juli 2014 en betrof een cardate en pijpen en neuken zonder condoom voor 300. ‘ [naam] ’ gaf via [naam] @hotmail.com aan dat zij om half vier die middag opgehaald kon worden bij Hilversum Mediapark bij het station, dat zij genoeg plekjes wist en gekleed was in een zwart jurkje. [9] Er is vervolgens via [naam] met gebruikmaking van het e-mailadres [naam] @gmail.com een tweede afspraak met ‘ [naam] ’ gemaakt voor 9 augustus. [10]
Telefoongegevens en berichten aangetroffen in de telefoon van [slachtoffer]
De inbeslaggenomen telefoon van [slachtoffer] met telefoonnummer [telefoonnummer] werd onderzocht. Hierin werden whatsappgesprekken met telefoonnummer [telefoonnummer] , genoemd onder het contact ‘ [verdachte] ’, aangetroffen. [11]
Enkele appberichten tussen [slachtoffer] en [verdachte] luiden als volgt.
Op 22 juli 2014
(Bij de tijden zoals die in format zij weergegeven zijn 2 uur opgeteld voor de daadwerkelijke tijd)
om 1.37.18 [verdachte] : Jij bent speciaal
om 1.44.16 [slachtoffer] : Jij ook
om 2.04.42 [verdachte] : Lag je maar huer (hier) baby
om 4.23.51 [slachtoffer] : Wil in je armen liggen schatje [12]
op 25 juli 2014
[verdachte] : Het is voor 400. Zonder.
En het wordt 9 uur. Dat die komt.
[slachtoffer] : Hoelang?
[verdachte] : Uurtje. Als het langer word. Word het 800 [13]
op 29 juli 2014
[slachtoffer] : Wat zijn de prijzen ongeveer voor wat?
[verdachte] : 150 voor pijpen neuken met 200 voor pijpen neuken zoenen vingeren beffen,
300 voor pijpen neuken zonder, 350 voor alles zonder.
[slachtoffer] : heb 300. [14]
[verdachte] : goed zo xxxxxx. [15]
op 30 juli
[verdachte] : Heb je nog meer?Klanten? [16]
[verdachte] : Hoeveel heb je gekregen van hem?
[verdachte] : En komt die terug?
[verdachte] : Je moet em juist verliefd maken. [17]
Dan kan je oas (?) geld pakken. [18]
Op 31 juli
[verdachte] : Date. Iirtje. (uurtje?) Met condoom. [19] 200 euro.
Daarna. 10 uur date van uur zonder voor 350. Dus druk druk.
[verdachte] : Hoeveel eerder kan je van werk. Want het zal goed zijn als je half negen al kan afspreken. Dan loopt die van tien uur ook niet stuk. [20]
Op 2 augustus
[verdachte] : [telefoonnummer] hij wil vannacht een overnachting. Die overnachting is 750.
App hem. [21]
[verdachte] : Ja hou hem aan de lijn. Als die ene niet kan. Ga je naar de ander.
En dan zeg je die man beleefd af. Hij betaalt 950 en die andere maar 750.
[verdachte] : Kk honden. Niemand komt zijn afspraak na. Ik haat dat soort mensen. [22]
[verdachte] : Als we die 950 maar pakken
[slachtoffer] : Hallo jij ben de regelaar. [23]
[verdachte] : 150 en 950 is een groot verschil.
Daarom moet je ze alletwee aan de lijn houden. [24]
[verdachte] : Gvd kk zooi. Weer geld door onze neus geboord. [25]
[verdachte] : Morgen gaan 2 stapels geld elkaar ontmoeten. [26]
op 3 augustus
[verdachte] : [straat] .
[slachtoffer] : Wanneer gaan we. [27]
[verdachte] : September, na een maandje hard werken.
[verdachte] : Ik werk in een snackbar en jij daar en we lopen met een jas van 1000 hahaha [28]
[verdachte] : En dan kan je hierheen komen. Maar niet al het geld meenemen.
[slachtoffer] : Hoeveel moet ik meenemen?
[verdachte] : Alles. Maar niet naar je klant. Maar wel alles meenemen hierheen aub. [29]
[verdachte] : Ben je maar 1 uur geweest?
[slachtoffer] : Ben nog bij hem dus misschien wordt het langer.
[verdachte] : Oke mop. [30]
[verdachte] : We hebben 4500. We zijn geweldig. [31]
Op 4 augustus
[verdachte] : Morgen moet je weer werken toch? Tot half 3?
[slachtoffer] : Nee vanaf half 3.
[verdachte] : Gvddd. Kk. Kk werk van jou ook.
Zal bijna zeggen fuck it. [32]
[slachtoffer] : Ja dat wil ik ook zeggen.
[verdachte] : Zullen we er maar mee kappen.
[slachtoffer] : Kom we nemen ontslag. [33]
[verdachte] : Wordt kk gek van jouw werk.
[slachtoffer] : Oja ik ga ontslag nemen.
[verdachte] : En dan’
[slachtoffer] : Ga ik 24/7 werken [34]
[verdachte] : Heb je al gebeld. Zeg gewoon ik wil niet meer klaar. [35]
Op 6 augustus:
[verdachte] : Gaat lekker. Na die 750 heb je nu 1900. [36]
Op 7 augustus
[verdachte] : Ik was shoppen. Heb dus wat uitgegeven.
[slachtoffer] : Ik zei je moet uitgeven ervan beetje genieten. [37]
[verdachte] : Maar heb een slof sigaretten ook gekocht. [38]
Op 9 augustus
[slachtoffer] : Heb al afspraken gemaakt met klanten
[verdachte] : En daar weet ik niks van?
[slachtoffer] : Vaste klanten.
[verdachte] : Wie dan en hoe lang en hoe laat? [39]
Op 10 augustus
[verdachte] : Beter meer geld verdienen hoeven we nooit meer te werken.
[slachtoffer] : Heb een beetje veel opgemaakt.
[verdachte] : Tel eens.
[slachtoffer] : Ik tel wel bij jou
[verdachte] : Maar meld ff hoe of wat je uitgeeft. [40]
op 11 augustus:
[verdachte] : En?
[slachtoffer] : 3 briefjes van 100.
[verdachte] : Dan krijgt de stapel wat kleur.
Mogen we wel wat harder werken voor die paarse flappen.
[verdachte] : Miss moeten we elkaar ook vaker gaan zien. Helpt ook veel. [41]
Voor onze samenwerking. En als we samen zijn kunnen we ook beter afspreken met de klanten. [42]
[verdachte] : Kom je na werk hier ……
En breng die 3 groenen. [43]
[verdachte] : Dan hebben we toch weer lekker verdiend in twee dagen. [44]
[verdachte] : We moeten even een goede stapel hebben hier.
Dus breng 300 mee en hou de rest thuis. [45]
op 13 augustus 2014
[verdachte] : “ [telefoonnummer] Wil ook” [46]
Account [naam] en emailadres [naam] @hotmail.com
Uit onderzoek bij [naam] .nl naar het gebruikersaccount [naam] bleek het volgende: [47]
Op 22 juli 2014 werd om
2.01.48 uurvanaf het IP-adres [IP-adres] op de site [naam] .nl onder de naam [naam] , het e-mailadres [naam] @hotmail.com aangemaakt. [48]
Op 22 juli 2014 werd om
2.03 uurvanaf het IP-adres [IP-adres] op de site [naam] .nl onder de naam [naam] met e-mailadres [naam] @hotmail.com een account aangemaakt. Dit IP-adres is aangesloten op het adres [adres] te [woonplaats] .
Op een op het adres [adres] te [woonplaats] inbeslaggenomen computer werden drie URL’s aangetroffen waar het emailadres [naam] @hotmail.com tussenstond. Achter de URL stond “bedankt voor het aanmaken van uw account.” [49]
Op een in de slaapkamer van [verdachte] aangetroffen GSM-telefoon van het merk Samsung werden foto’s van [slachtoffer] aangetroffen. Deze foto’s komen overeen met de foto’s die bij de advertentie onder de naam [naam] op [naam] .nl zijn aangetroffen. [50]
[adres] te [woonplaats] is het woonadres van de vader van [verdachte] . [verdachte] staat op dit adres ingeschreven. [51]
Op meerdere data in de periode tussen 28 juli 2014 en 5 augustus 2014 is het IP adres [IP-adres] gebruikt om de advertenties behorend bij het account [naam] op [naam] .nl aan te maken, een foto te uploaden of advertentie te verwijderen. Het IP-adres [IP-adres] is aangesloten op het adres [adres] te [woonplaats] . [52] Op een op het adres [adres] te [woonplaats] in beslaggenomen laptop, werd de tekst [naam] @Hotmail.com aangetroffen. [53]
[adres] te [woonplaats] is het woonadres van de moeder van [verdachte] . [verdachte] verblijft ook op dit adres. [54]
Op vrijdag 15 augustus 2014 zijn de advertenties gekoppeld aan het account [naam] verwijderd van [naam] .nl.
In de laptop van [slachtoffer] is geen enkel spoor aangetroffen wat relateerbaar is aan het
maken/onderhouden/verwijderen van een advertentie op [naam] .nl dan wel een spoor relateerbaar aan het hotmail adres [naam] @hotmail.com. [55] Verder bleek dat de IP-adressen die zijn gekoppeld aan het woonadres van de moeder [56] en aan het woonadres van de oma van [slachtoffer] [57] , waar [slachtoffer] onder meer verbleef, niet gekoppeld kunnen worden aan de geplaatste advertentie en/of Hotmail account [naam] @hotmail.com. [58]
Verklaringen van [slachtoffer]
Over haar werk
[verdachte] heeft bij de politie -samengevat- verklaard dat zij seks heeft tegen betaling via een advertentie op [naam] .nl, dat deze advertentie nu 3 weken actief is, dat zij een schuld heeft die is ontstaan door drugsgebruik, dat zij met name cocaïne heeft gebruikt, dat zij de afgelopen weken ongeveer 1000 euro heeft afbetaald. [59]
Later heeft zij bij de politie nog onder andere -samengevat- verklaard dat zij de volgende seksuele handelingen tegen betaling verrichtte omdat zij snel geld wilde maken: pijpen, trekken, neuken. De eerste keer had zij afgesproken op het station Hilversum Noord. [60] Zij is toen met de klant naar St Anna’s Hoeve gegaan. De eerste klant bracht € 200,- op. Ook ging zij wel eens naar de dagcamping en is zij een keer bij een hotel in Utrecht geweest. [61]
Haar accountnaam was [naam] . [62]
Over het contact met [verdachte]
heeft op 28 mei 2015 -samengevat- het volgende verklaard:
[verdachte] gaf afspraken door aan [slachtoffer] door via whatsapp. Hij heeft de klant telefonisch te woord gestaan. [63] Hij heeft haar ongeveer 3 weken geholpen.
Zij weet niet hoeveel klanten hij heeft aangeleverd. Zij heeft er zelf ook een paar gedaan.
Zij maakten samen de afspraken. De locatie was altijd Hilversum Mediapark. Zij heeft gezegd dat als hij ergens geen goed gevoel bij had (sommige mensen laten bijvoorbeeld agressie blijken in hun mailgedrag) of als ze met rare dingen komen, dan moest hij ze verwijderen maar dat snapt hij ook wel. Zij heeft hem geld gegeven. Zij denkt dat hij paar honderd tot 1000 euro gehad heeft, misschien iets meer. [64]
[verdachte] heeft tegenover de medewerker van [tv programma] -als vermeende klant- verklaard, zo blijkt uit de camerabeelden van [tv programma] :
[slachtoffer] : “Het is 150 euro met condoom, pijpen en neuken. Zonder is wel duurder natuurlijk, 350 euro. (…) Ik heb iemand die mij helpt, dat is laat maar zeggen met het op internet zetten enzo want ik ben daar helemaal niet zo goed in. [65] (..) We werken samen. Ik wil dat ik geld verdien. Hij wil geld verdienen dus dan verdienen we samen geld. (..) Hij bewaart het geld voor mij. Hij doet ook gewoon die advertenties en zo die dingen op internet. (..) Hij is 22.” [66]
Verklaringen van verdachte
Verdachte heeft ter terechtzitting onder meer verklaard:
-dat hij [slachtoffer] al redelijk lang kent van het uitgaan;
-dat zij later vaker gingen afspreken;
-dat op zijn computer een account en advertentie voor [slachtoffer] is aangemaakt;
-dat hij daarvan de inloggegevens had;
-dat hij het mailcontact voor [slachtoffer] deed;
-dat hij gegevens (oa telefoonnummers) doorgaf van klanten die zich meldden;
-dat hij dagelijks op het adres van [A] (…..) kwam;
-dat hij een paar honderd euro van [slachtoffer] thuis heeft gehad. [67]
4.3.2
Vrijspraak
De rechtbank is van oordeel dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs is voor de tenlastegelegde handelingen: werven, opnemen of huisvesten van [verdachte] . De enkele ke(e)r(en) dat [slachtoffer] bij [verdachte] heeft geslapen, onder andere omdat zij ruzie had met haar moeder is daarvoor onvoldoende.
[verdachte] dient van dit onderdeel van het ten laste te worden vrijgesproken.
4.3.3
Overwegingen
Betrouwbaarheid van de verklaringen van aangeefster [slachtoffer]
De rechtbank acht de verklaringen van [slachtoffer] betrouwbaar en bruikbaar voor het bewijs. De rechtbank overweegt daartoe dat haar verklaringen op belangrijke onderdelen consistent zijn en worden ondersteund door de opgesomde bewijsmiddelen.
De rechtbank is wel van mening dat in het algemeen behoedzaam met de verklaring van [slachtoffer] moet worden omgegaan, nu zij veelal onder invloed van drugs verkeerde en heeft aangegeven dat zij zich niet alles meer kan herinneren. Voorts overweegt de rechtbank dat gezien de inhoud van de opgesomde whatsappgesprekken de rol van [verdachte] veel groter is dan door [slachtoffer] wordt beschreven. [verdachte] lijkt -kennelijk bewogen door haar gevoelens voor [verdachte] - haar uiterste best te doen om [verdachte] buiten beeld te houden. Dit blijkt ook uit de inhoud van de opgesomde tapgesprekken. Wat betreft de rol van [verdachte] zal de rechtbank de verklaringen van [slachtoffer] dan ook niet volledig volgen.
Verklaring verdachte
Verdachte heeft -samengevat- verklaard dat hij niet wist dat [slachtoffer] nog geen 18 jaar oud was, dat [slachtoffer] zelf het account en de advertentie op zijn computer heeft aangemaakt, dat hij haar wilde helpen omdat dat zij geld nodig had, en dat hij daardoor zicht had op wat zij deed en indien er iets fout mocht gaan hij naar haar ouders of de politie kon gaan. Hij zou zich vervolgens te veel hebben laten meeslepen. Over het geld op de foto, met het onderschrift “we hebben 4500” heeft hij verklaard dat dit geen prostitutieopbrengst betrof, maar dat dit door hem en vrienden (waaronder [A] ) bij elkaar was gelegd. Nadat getuige [A] bij de politie heeft verklaard dat hij niets van een foto met een grote hoeveelheid geld afwist en dat hij daar niet bij is geweest (p. 1778), heeft verdachte ter terechtzitting verklaard dat het klopt dat [A] niet aanwezig was, maar dat dit andere vrienden betroffen waarvan hij de namen niet wilde noemen.
De rechtbank acht de verklaring van verdachte in het licht van de opgesomde whatsappgesprekken, hetgeen hiervoor is overwogen en hetgeen hierna nog wordt overwogen niet geloofwaardig. Hieruit blijkt dat verdachte wel degelijk een faciliterende, belangrijke rol speelde in het opzetten van de advertentie, in het maken en onderhouden van afspraken met klanten en [slachtoffer] daarbij instrueerde over de prijzen, de afspraken en hetgeen met het geld diende te gebeuren. Uit tapgesprekken tussen verdachte en [slachtoffer] in de periode oktober – december 2014 (pagina’s 1740, 1741, 1742, 1744 en 1752) blijkt ook dat verdachte zijn eigen rol zo veel mogelijk wil verdoezelen. Ten aanzien van de gestelde behulpzaamheid van verdachte overweegt de rechtbank tot slot dat uit de whatsappgesprekken volgt dat verdachte kennelijk pas op 11 augustus hoort dat [slachtoffer] een drugsschuld heeft (p. 1728) en dat op het moment dat [slachtoffer] vertelt dat ze bij de politie zit en geen geld meer heeft, hij zich geen zorgen lijkt te maken over waarom zij daar zit, ook niet naar huis gaat om geld voor haar te halen, maar meteen vier nieuwe klanten voor haar regelt en zegt dat het dan wel goed moet komen (p. 1732).
4.3.4
Juridisch kader
Het ten laste gelegde artikel 273f, eerste lid, sub 5 en 8 van het Wetboek van Strafrecht ziet op de bescherming van minderjarigen tegen seksuele uitbuiting door anderen en op het profiteren daarvan. Een minderjarige op enigerlei wijze faciliteren tot een rol in de prostitutie is strafbaar, onafhankelijk van de wil van de minderjarige. Hierbij is niet van belang of een verdachte bekend is met de minderjarigheid van het slachtoffer, aangezien de minderjarigheid een geobjectiveerd bestanddeel is. Door het tewerkstellen van minderjarigen in de prostitutie is er over het algemeen sprake van een grote inbreuk op de lichamelijke en geestelijke integriteit van de minderjarige
.
In het geval van een minderjarig slachtoffer is er altijd sprake van een beperking van de keuzevrijheid, zodat in het geval van minderjarige slachtoffers de eventuele omstandigheid dat het slachtoffer heeft ingestemd met de prostitutiewerkzaamheden dan wel met de omstandigheid dat het slachtoffer reeds eerder in de prostitutie heeft gewerkt, nooit in de weg kan staan aan een bewezenverklaring. [68]
Sub 5 — ertoe brengen zich beschikbaar te stellen
De betekenis van ‘ertoe brengen’ moet ruim worden opgevat, dus ook ‘slechts’ faciliterende handelingen, zelfs op verzoek van de minderjarige, vallen onder de bepaling. [69] Het gaat om handelingen waardoor de ander in de feitelijke situatie komt te verkeren waarin zij zich beschikbaar stelt tot het verrichten van prostitutie-werkzaamheden. Dit betekent overigens niet dat de seksuele handelingen daadwerkelijk plaatsgevonden moeten hebben. [70]
Sub 8 — voordeel trekken
Het bestanddeel ‘uitbuiting’ maakt geen deel uit van dit onderdeel. Het gaat om seksuele
handelingen met of voor een derde tegen betaling, dus voordeel trekken uit
prostitutiewerkzaamheden. Dit artikel ziet wederom op de bescherming van minderjarige slachtoffers. Dwang of uitbuiting is voor de strafbaarheid niet vereist.
Ter beschikking stellen (sub 5)
De rechtbank overweegt op grond van de inhoud van de chatgesprekken tussen [slachtoffer] en [verdachte] op 22 juli 2014 dat [slachtoffer] ten tijde van het aanmaken van de advertentie op 22 juli 2014 om 2.01/2.03 uur kennelijk niet bij verdachte was. De rechtbank komt op grond van de opgesomde bewijsmiddelen en het hiervoor overwogene dan ook tot het oordeel dat de seksadvertentie onder de naam [naam] op 22 juli door verdachte is aangemaakt en beheerd.
Verder blijkt uit de bewijsmiddelen dat verdachte degene was die de verdere advertentiehandelingen verrichtte, die de prijzen bepaalde en die de contacten met de klanten onderhield en de afspraken regelde. Dit volgt naast de verklaring van [slachtoffer] ook uit zijn eigen verklaring.
Verder volgt ook uit de vele Whatsapp berichten van verdachte aan [slachtoffer] dat verdachte het e-mailaccount dat voor de advertentie werd gebruikt beheerde. Zo geeft verdachte onder meer aan in een bericht dat hij de telefoon net aanzette en wel 231 sms-berichten had ontvangen en weer de hele dag werd gebeld.
Voornoemde handelingen vallen onder het ertoe brengen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling.
opzettelijk voordeel trekken (sub 8)
De rechtbank is tevens van oordeel dat op grond van de opgesomde bewijsmiddelen bewezen kan worden dat verdachte opzettelijk voordeel heeft getrokken uit seksuele handelingen van [slachtoffer] , met een derde tegen betaling.
Uit de whatsappgesprekken, alsmede de verklaringen van verdachte en [slachtoffer] blijkt dat verdachte de prijzen voor de seksuele handelingen bepaalde, haar opdroeg danwel verzocht het door haar verdiende geld mee naar hem toe te nemen, hetgeen [slachtoffer] deed en waar hij het vervolgens voor haar bewaarde en hij daarover ook kon beschikken. Bovendien vroeg hij [slachtoffer] om haar uitgaven bij hem te melden.
De verklaringen van [slachtoffer] zijn consistent indien het gaat om het afstaan van geld en, zoals hiervoor al overwogen, heeft de rechtbank geen reden om te twijfelen aan de verklaring van [slachtoffer] . Daarnaast is ook uit app-berichten gebleken dat verdachte van het geld goederen voor zichzelf heeft gekocht, hetgeen de rechtbank ook ziet als het financieel voordeel trekken.
4.3.5.
De pleegperiode
De rechtbank zal gelet op de omstandigheid dat het account [naam] @hotmail.com en de advertentie zijn aangemaakt op 22 juli 2014, die datum als begindatum nemen van de pleegperiode.

5.Bewezenverklaring

De rechtbank acht op grond van de in rubriek 4. genoemde bewijsmiddelen bewezen dat verdachte
hij op tijdstippen in de periode van 22 juli 2014 tot en met 13 augustus 2014 in Nederland
(telkens)
een ander, te weten [slachtoffer] (geboren [1998] )
(lid 1, onder 5°)
ertoe heeft gebracht zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling en/of
handelingen heeft ondernomen waarvan hij, verdachte wist dat die [slachtoffer] zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die seksuele handelingen,
terwijl die [slachtoffer] de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt,
en
(lid 1, onder 8°)
opzettelijk voordeel heeft getrokken uit seksuele handelingen van die [slachtoffer] met of voor een derde tegen betaling, terwijl voornoemde [slachtoffer] de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt,
immers heeft verdachte (telkens)
-een seksadvertentie van die [slachtoffer] aangemaakt en op internet, te weten de site [naam] .nl, geplaatst en (vervolgens) voornoemde advertentie beheerd en/of
-een e-mailaccount aangemaakt en beheerd, te weten [naam] @hotmail.com (ten behoeve van voornoemde seksadvertentie op [naam] .nl) en/of
-(via Whatsapp) aan die [slachtoffer] telefoonnummers van (potentiele) klanten doorgegeven die zich meldden via [naam] .nl en/of [naam] @hotmail.com en (aldus) afspraken gemaakt met klanten voor die [slachtoffer] en/of
-die [slachtoffer] instructies gegeven over de te ontvangen geldbedragen voor haar seksuele handelingen en/of
-het door die [slachtoffer] verdiende geld laten afgeven en beheerd en van dat geld kleding en goederen gekocht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.

6.De strafbaarheid van het feit

Het bewezen geachte feit is volgens de wet strafbaar als
Mensenhandel.
Het bestaan van een rechtvaardigingsgrond is niet aannemelijk geworden.

7.De strafbaarheid van verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

8.Motivering van de straffen en maatregelen

8.1.
De eis van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd:
  • een gevangenisstraf van 20 maanden, met aftrek van voorarrest, waarvan 5 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaren en de bijzondere voorwaarden -kort gezegd-: reclasseringstoezicht, een meldplicht en een contactverbod met aangeefster;
  • verbeurdverklaring van de mobiele telefoon, merk Samsung;
  • toewijzing van de vordering van de benadeelde partij (voor wat betreft de immateriële schade) tot een bedrag van € 6.000,-, met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel voor dat bedrag.
8.2.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich, zoals reeds hiervoor weergegeven, op het standpunt gesteld dat verdachte integraal vrijgesproken dient te worden.
De verdediging heeft, mocht de rechtbank tot een veroordeling komen, bepleit er bij de strafoplegging in het voordeel van verdachte rekening mee te houden dat verdachte niet op de hoogte was van de leeftijd van aangeefster, dat aangeefster een eigen aandeel had in het gebeurde en dat verdachte niet meer deed dan haar steun te bieden.
8.3.
Het oordeel van de rechtbank
De hierna te noemen strafoplegging is in overeenstemming met de ernst van het bewezen geachte, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals daarvan ter terechtzitting is gebleken.
De rechtbank heeft bij de keuze tot het opleggen van een vrijheidsbenemende straf en bij de vaststelling van de duur daarvan in het bijzonder het volgende laten meewegen.
Verdachte heeft zich gedurende een periode van ongeveer 3 weken schuldig gemaakt aan mensenhandel, door een minderjarige, van vijftien jaar oud, in de prostitutie te brengen en daarvan te profiteren. Verdachte heeft [slachtoffer] aangezet zich beschikbaar te stellen als prostituee, heeft een advertentie onder de naam ‘ [naam] ’ op de site [naam] .nl geplaatst, de advertentie beheerd, de telefoon opgenomen als klanten belden, de prijzen voor haar diensten bepaald en afspraken voor haar geregeld en geprofiteerd van het geld dat zij verdiende met de prostitutiewerkzaamheden.
Mensenhandel, waarbij iemand in de prostitutie wordt gebracht, is een vergaande en ontluisterende manier van uitbuiting, waarbij de lichamelijke en geestelijke integriteit van het slachtoffer ondergeschikt wordt gemaakt aan de zucht naar geldelijk gewin van de uitbuiter. Het is een feit van algemene bekendheid dat slachtoffers van dergelijke feiten doorgaans nog lange tijd de psychische gevolgen hiervan kunnen ondervinden.
De rechtbank rekent verdachte het door hem gepleegde feit zwaar aan.
De rechtbank heeft acht geslagen op:
- een de verdachte betreffend uittreksel uit de Justitiële documentatie van 29 april 2015, waaruit blijkt dat verdachte in het verleden alleen is veroordeeld wegens een fietsendiefstal. Verdachte is niet eerder voor mensenhandel of soortgelijke delicten met justitie in aanraking gekomen;
- een Pro Justitia rapportage, opgemaakt door drs. ’t Hoen, gezondheidspsycholoog, waarin gezien de weigerachtige houding van verdachte geen advies is opgenomen;
- het rapport van Reclassering Nederland van 27 februari 2015, waarin gezien de ontkennende houding van verdachte geen advies is opgenomen.
Ten nadele van verdachte heeft de rechtbank in aanmerking genomen dat verdachte door zijn houding ervan blijk heeft gegeven het laakbare van zijn handelen niet in te (willen) zien. Verdachte heeft namelijk een beeld van de gebeurtenissen geschetst dat in contrast staat met hetgeen de rechtbank bewezen acht.
Gelet op de aard en de ernst van het bewezenverklaarde acht de rechtbank een gevangenisstraf op zijn plaats, waarbij zij gelet op de persoon van verdachte en het belang van het slachtoffer een deel van de straf in voorwaardelijke zin op zal leggen en daaraan de door de reclassering geadviseerde voorwaarden zal verbinden.
Rekening houdend met het feit dat de uitbuiting 3 weken heeft geduurd, dat verdachte een nagenoeg blanco strafblad heeft en rekening houdend met uitspraken in soortgelijke feiten, ziet de rechtbank aanleiding om de door de officier van justitie gevorderde straf te matigen.
Alles afwegende is de rechtbank van oordeel dat een gevangenisstraf van 18 maanden moet worden opgelegd. De rechtbank bepaalt dat een gedeelte van 6 maanden vooralsnog niet ten uitvoer zal worden gelegd en zal daaraan een proeftijd van 2 jaren verbinden, opdat verdachte zo begeleid kan worden en hij ervan wordt weerhouden zich voor het einde van die proeftijd schuldig te maken aan een nieuw strafbaar feit.
Daarnaast acht de rechtbank een contactverbod met [slachtoffer] , alsmede de in het dictum genoemde voorwaarden noodzakelijk.

9.Het beslag

Onder verdachte is een mobiele telefoon van het merk Samsung in beslag genomen:
Verbeurdverklaring
Het voorwerp behoort aan verdachte toe. Nu met behulp van dit voorwerp het bewezen geachte is begaan, wordt dit voorwerp verbeurdverklaard.

10.Ten aanzien van de benadeelde partij en de schadevergoedingsmaatregel

De behandeling van de vordering van
[slachtoffer] ,levert niet een onevenredige belasting van het strafgeding op.
Het is komen vast te staan dat de benadeelde partij als gevolg van het hiervoor bewezen geachte feit rechtstreeks schade heeft geleden.
Met betrekking tot de schadepost ‘telefoon’ overweegt de rechtbank dat de officier van justitie teruggave aan het slachtoffer heeft gelast, zodat er geen sprake is van schade. De rechtbank wijst dit deel van de vordering dan ook af.
Met betrekking tot de schadepost ‘inkomsten’ overweegt de rechtbank dat op grond van de verklaringen van verdachte ter terechtzitting op 9 juni 2015 en aangeefster, die heeft verklaard dat zij een paar honderd tot maximaal duizend euro aan [verdachte] heeft gegeven, kan worden vastgesteld dat verdachte € 400,- aan prostitutieopbrengsten heeft ontvangen. Er zijn geen bewijsmiddelen waaruit blijkt dat verdachte meer zou hebben ontvangen. De rechtbank waardeert de gemiste inkomsten daarom op € 400,-. De immateriële schade wordt door de rechtbank in ieder geval geschat op € 2.500,-. Voor het overige levert de behandeling van deze schadepost een onevenredige belasting van het strafproces op.
De rechtbank acht, gelet op het vorenstaande, een bedrag van € 2.900,- toewijsbaar. De vordering zal dan ook tot dat bedrag worden toegewezen, met dien verstande dat dit bedrag vermeerderd dient te worden met de wettelijke rente berekend van 13 augustus 2014 tot de dag der algehele voldoening. De vordering zal voor het overige deel niet-ontvankelijk verklaard worden. De benadeelde partij kan dat deel bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Voorts zal verdachte worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken.
In het belang van de benadeelde partij voornoemd wordt als extra waarborg voor betaling de schadevergoedingsmaatregel (artikel 36f Sr) aan verdachte opgelegd.

11.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen 14a, 14b, 14c, 14d, 24c, 33, 33a, 36f, 273f van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde en op de reeds aangehaalde artikelen.
De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.

12.Beslissing

De rechtbank:
Bewezenverklaring
Verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
Mensenhandel
Strafbaarheid
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte daarvoor strafbaar.
Strafoplegging
Veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstraf van 18 maanden.
Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Beveelt dat een gedeelte, groot 6 maanden, van deze gevangenisstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij later anders wordt gelast.
Stelt daarbij een proeftijd van 2 (twee) jaren vast.
De tenuitvoerlegging kan worden gelast, indien veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet aan de volgende voorwaarden houdt.
Stelt als algemene voorwaarden dat de veroordeelde
1. zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
2. ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
3. medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
De tenuitvoerlegging kan ook worden gelast indien veroordeelde gedurende de proeftijd de hierna vermelde bijzondere voorwaarden niet naleeft;
Stelt als bijzondere voorwaarden dat de veroordeelde:
4. zich onmiddellijk onder toezicht en leiding van de Reclassering Nederland (blijft) stellen. Vervolgens moet hij zich gedurende de proeftijd onder toezicht en leiding van de Reclassering Nederland blijven stellen en zich naar de door of namens die instelling te geven aanwijzingen gedragen, zolang deze instelling dat nodig vindt;
5. zich binnen één werkdag volgend op de onherroepelijkheidsdatum van dit vonnis meldt bij de reclassering, Reclassering Nederland, Vivaldiplantsoen 200, 3353 JE Utrecht en zich gedurende de proeftijd van twee jaren blijft melden, zolang de reclassering dit noodzakelijk acht;
6. op geen enkele wijze contact mag hebben met [slachtoffer] (niet direct, niet indirect en ook niet als die persoon zelf contact zoekt);
7. wordt verplicht tot het hebben van dagbesteding in de vorm van scholing en/of (vrijwilligers)werk, ook als hierbij een instantie wordt betrokken, zolang de reclassering dit noodzakelijk acht.
Geeft aan genoemde instelling opdracht veroordeelde toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden.
Ten aanzien van het beslag
Verklaart verbeurd: een mobiele telefoon van het merk Samsung.
Ten aanzien van de vordering van de benadeelde partij
Wijst de vordering van [slachtoffer] toe tot een bedrag van € 2.900,-(zegge negenentwintighonderdeuro), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 13 augustus 2014 tot aan de dag van de algehele voldoening.
Veroordeelt verdachte tot betaling van het toegewezen bedrag aan [slachtoffer] voornoemd.
Veroordeelt verdachte voorts in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil.
Bepaalt dat de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering is en bepaalt dat dit gedeelte kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter.
Legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [slachtoffer] , € 2.900,- (zegge negenentwintighonderd euro) aan de Staat te betalen, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 13 augustus 2014 tot aan de dag van de algehele voldoening, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis van 39 dagen. De toepassing van die hechtenis heft de hiervoor opgelegde verplichting niet op.
Bepaalt dat, indien en voor zover verdachte aan een van de genoemde betalingsverplichtingen heeft voldaan, daarmee de andere is vervallen.
Dit vonnis is gewezen door
mr. J.F. Haeck, voorzitter,
mrs. A.J.P. Schotman en R.L.M. van Opstal, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. A.M. Westerhout, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 15 september 2015.
Mr. Haeck is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
BIJLAGE : De tenlastelegging
Aan bovenbedoelde gedagvaarde persoon wordt tenlastegelegd dat
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 15 juni 2014 tot en met 13 augustus 2014 te Baarn en/of Hilversum en/of Utrecht en/of Bussum en/of Hollandse Rading en/of Amersfoort, althans een of meer plaats(en) in het arrondissement Midden-Nederland en/of Velsen-Noord, althans in het arrondissement Noord-Holland en/of Boxtel en/of Eindhoven, althans in het arrondissement Oost-Brabant en/of Vaassen, althans in het arrondissement Gelderland, in elk geval in Nederland,
meermalen, althans eenmaal (telkens)
een ander, te weten [slachtoffer] (geboren [1998] )
(lid 1, onder 2°)
heeft geworven en/of gehuisvest en/of opgenomen met het oogmerk van uitbuiting, terwijl die [slachtoffer] de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt,
en/of
(lid 1, onder 5°)
die [slachtoffer] ertoe heeft gebracht zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van een of meer seksuele handeling(en) met of voor een derde tegen betaling en/of
enige handeling(en) heeft ondernomen waarvan hij, verdachte wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die [slachtoffer] zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die (seksuele) handeling(en),
terwijl die [slachtoffer] de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt,
en/of
(lid 1, onder 8°)
opzettelijk voordeel heeft getrokken uit seksuele handelingen van die [slachtoffer] met of voor een derde tegen betaling, terwijl voornoemde [slachtoffer] de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt,
immers heeft verdachte (telkens)
-die [slachtoffer] bij hem laten verblijven en/of
-een of meer seksadvertentie(s) van die [slachtoffer] (aan)gemaakt en/of op internet, te weten de site [naam] .nl, geplaatst en/of die [slachtoffer] geholpen om een of meer seksadvertentie(s) te maken en/of op internet te plaatsen en/of (vervolgens) voornoemde advertentie(s) (geheel of gedeeltelijk) beheerd en/of
-een e-mailaccount (aan)gemaakt en/of (geheel of gedeeltelijk) beheerd, te weten [naam] @hotmail.com (ten behoeve van voornoemde seksadvertentie(s) op [naam] .nl) en/of
-(via Whatsapp) aan die [slachtoffer] telefoonnummers van (potentiele) klanten doorgegeven die zich meldden via [naam] .nl en/of [naam] @hotmail.com en/of (aldus) een of meer afspraken gemaakt met klanten voor die [slachtoffer]
en/of
-die [slachtoffer] instructies gegeven over de te ontvangen geldbedragen voor haar seksuele handelingen en/of
-het door die [slachtoffer] verdiende geld ingenomen en/of laten afgeven en/of beheerd en/of van dat geld kleding en/of goederen gekocht;
art 273f lid 1 ahf/sub 2° Wetboek van Strafrecht
art 273f lid 1 ahf/sub 5° Wetboek van Strafrecht
art 273f lid 1 ahf/sub 8° Wetboek van Strafrecht
art 273f lid 3 ahf/sub 2° Wetboek van Strafrecht

Voetnoten

1.Voor zover niet anders vermeld, wordt in de hierna volgende voetnoten telkens verwezen naar bewijsmiddelen die zich in het aan deze zaak ten grondslag liggende dossier, dossiernummer 2014223041, onderzoek Roerdomp bevinden, volgens de in dat dossier toegepaste nummering. Tenzij anders vermeld, gaat het daarbij om processen-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
2.Akte van geboorte [slachtoffer] , pagina 827.
3.Proces-verbaal opsporen en aantreffen [slachtoffer] , p. 660-663.
4.Proces-verbaal bevindingen (whatsappberichten van en naar contact [B] K ), p. 901
5.Proces-verbaal van verhoor van [slachtoffer] d.d. 22 oktober 2014, p. 518.
6.Idem, p. 519.
7.Proces verbaal van verhoor van [B] , p. 216
8.Idem, p. 232
9.Proces-verbaal van verhoor van getuige [getuige] , p. 565-566
10.Proces-verbaal van verhoor van getuige [getuige] , p. 568
11.Proces-verbaal bevindingen Whatsapp berichten tussen [slachtoffer] en contact [verdachte] [telefoonnummer] , p. 1623
12.Idem, p. 1773 en 1775
13.Idem, p. 1630
14.Idem, p. 1636
15.Idem, p. 1637
16.Idem, p. 1639
17.Idem, p. 1640
18.Idem, p. 1641
19.Idem, p. 1641
20.Idem, p. 1642
21.Idem, p. 1650
22.Idem, p. 1657
23.Idem, p. 1658
24.Idem, p. 1659
25.Idem, p. 1661
26.Idem, p. 1662
27.Idem, p. 1666
28.Idem, p. 1667
29.Idem, p. 1668
30.Idem, p. 1669
31.Idem, p. 1671
32.Idem, p, 1675
33.Idem, p, 1676
34.Idem, p. 1680
35.Idem, p. 1681
36.Idem, p. 1696
37.Idem, p. 1703
38.Idem, p. 1704
39.Idem, p. 1714
40.Idem, p. 1721
41.Idem, p. 1724
42.Idem, p. 1725
43.Idem, p. 1726
44.Idem, p. 1727
45.Idem, p. 1728
46.Idem, p. 1732
47.Proces-verbaal bevindingen IP adres, p. 676-679
48.Proces-verbaal bevindingen IP adressen ( [naam] advertentie [naam] ), p. 690-691
49.Proces-verbaal bevindingen (onderzoek desktop Q-motion G-Max), p. 1404
50.Het proces-verbaal van bevindingen (onderzoek GSM-telefoon Samsung), pagina 1096
51.Proces-verbaal bevindingen mbt vaste IP-adressen, p. 680
52.Proces-verbaal bevindingen IPadressen ( [naam] advertentie [naam] ), p. 693
53.Proces-verbaal bevindingen (onderzoek laptop Asus), p. 1356
54.Proces-verbaal bevindingen mbt vaste IP-adressen, p. 680
55.Proces-verbaal bevindingen (onderzoek Packard Bell laptop), p. 748
56.Proces-verbaal bevindingen (uitlezen router), p. 717
57.Proces-verbaal bevindingen (uitlezen router), p. 720
58.Proces-verbaal onderzoek IP adressen versus routers, p. 727
59.Proces-verbaal van verhoor van [slachtoffer] d.d. 13 augustus 2014, p. 669
60.Proces-verbaal van verhoor van [slachtoffer] d.d. 21 oktober 2014, p.506
61.Idem, p.507
62.Proces-verbaal van verhoor van [slachtoffer] d.d. 28 mei 2015, p. 19
63.Proces-verbaal van verhoor van [slachtoffer] d.d. 28 mei 2015, p. 17
64.Idem, p. 18
65.Proces-verbaal van bevindingen beelden [tv programma] , p. 751
66.Idem, p. 752
67.Verklaring van verdachte zoals afgelegd ter terechtzitting op 9 juni 2015
68.Kamerstukken II 1990/1991, 21027, nr 5 blz. e en 11 en nr. 8 blz. 2.
69.HR 20 mei 2014 (ECLI:NL:HR:2014:1 174) en HR 6juli 1999 (ECLI:NL:HR: 1999:AB9475. NJ
70.Zie HR 19 september 2006, NJ 2006. 525.