In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 2 november 2016 uitspraak gedaan in een kort geding tussen de stichting AlFitrah en de besloten vennootschap We Do Projects B.V. (WDP) over een huurachterstand van €214.736,-. De rechtbank oordeelde dat AlFitrah deze huurachterstand moet betalen aan de huidige en vorige eigenaar van het pand aan de Pahud de Mortagnesdreef in Utrecht. De eigenaren hadden gezamenlijk een kort geding aangespannen omdat AlFitrah in 2016 geen huur had betaald. Tijdens de zitting werd vastgesteld dat de totale huur voor 2016 €214.736,- bedroeg, waarbij de oude en nieuwe eigenaar ieder recht hadden op €107.368,-. AlFitrah stelde dat zij geen huur meer verschuldigd was omdat zij overeenstemming had bereikt over de aankoop van het pand. De kantonrechter oordeelde echter dat er geen definitieve overeenstemming was bereikt over de voorwaarden van de aankoop en dat AlFitrah verplicht was de huur te betalen. De eigenaren vroegen de kantonrechter om een vordering tot ontruiming van het pand toe te wijzen, maar de kantonrechter besloot dat ontruiming alleen mocht plaatsvinden als de achterstallige huur niet binnen 14 dagen na het vonnis was betaald. De rechtbank heeft de vorderingen van de eigenaren tot betaling van de huurpenningen toegewezen, maar de ontruiming onder voorwaarden toegestaan.