Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.HET ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
2.DE TENLASTELEGGING
3.DE VOORVRAGEN
4.VRIJSPRAAK
5.WAARDERING VAN HET BEWIJS
“ Mevrouw [verdachte] is klant van ons. Zij heeft voor haar reisbureau een zakelijk rekening met nummer [rekeningnummer 1] . Ergens vorig jaar (…) belde [verdachte] op met het verzoek tot uitbetalen van een voorschot. (…) Er liep een claim bij haar verzekering en die zou na enkele dagen al uitbetalen. (…) Ik weet nog dat het om een bedrag van 10.000 euro ging wat zij als voorschot wilde. (…) Ik verzocht nog wel om een mail van de verzekering zodat ik wist dat het goed zat. Ik ontving vervolgens een mail en heb namens ABN-AMRO dat geld overgemaakt. Een paar dagen later had ik echter het geld nog niet teruggestort gekregen. (…) Vervolgens heb ik nog met [assurantiekantoor] gebeld. Ik heb gesproken met mevrouw [B] . De mail die ik ontvangen had met de bevestiging dat door de verzekering 10.000 euro uitgekeerd zou worden bleek niet door [assurantiekantoor] verstuurd te zijn. Ik ben toen gaan kijken en zag dat de mail via een mailadres van [verdachte] verstuurd was en niet direct van [assurantiekantoor] afkomstig was. Mevrouw [B] van [assurantiekantoor] , gaf aan dat [verdachte] haar email handtekening vervalst moest hebben.” [6]
6.BEWEZENVERKLARING
9. Primair
10. Primair
7.KWALIFICATIE
8.STRAFBAARHEID
9.STRAFOPLEGGING
10.BESLAG
11.DE BENADEELDE PARTIJEN
12.TOEPASSELIJKHEID WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN
13 BESLISSING
werkstrafvoor de duur van
200 uren;
gevangenisstrafvoor de duur van
1 maand;