Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.Het verloop van de procedure
2.De feiten
‘De werknemer werkt niet, maar kan in de toekomst wel werken. (-) Mijn afweging is dat de belastbaarheid in vergelijking met de einde wachttijd beoordeling is toegenomen en de beperkingen zijn afgenomen’) had ingezonden, is [verzoekster] in de UWV-ontslagprocedure in de gelegenheid gesteld verweer te voeren. In het verweerschrift van 3 juli 2015 heeft haar gemachtigde, onder verwijzing naar het oordeel van de bedrijfsarts van 17 juni 2015, onder meer gesteld dat [verzoekster] binnen 26 weken zou kunnen worden herplaatst, hetgeen aan toewijzing van het verzoek van [verweerster] in de weg zou staan.
‘zodra ze dit van belang acht. Voor mij is het nog steeds onduidelijk of en wanneer en hoe, (zij) weer werkzaamheden wil, kan en mag uitvoeren voor [verweerster] . Ik verwacht ook activiteiten van haar kant, om de situatie zo helder mogelijk en de dialoog op gang te houden.’Bij e-mail van 7 oktober 2015 heeft [A] aan [verzoekster] verzocht om op de maandag erna met elkaar te spreken en erop aangedrongen geen gaten in de communicatie te laten vallen. De e-mail sloot af met:
‘Ik hoop dat je je weer wat beter voelt, want toen ik je maandag j.l. belde, klonk je behoorlijk ziek. Tot maandag en vriendelijke groet’.
‘U heeft cliënte voorgesteld om maandag overleg te hebben over haar ziektesituatie en de betrokken instanties. De reden van uw verzoek kan cliënte gelet op uw ontslagaanvraag voor cliënte bij het UWV van juni 2015 niet plaatsen. Uiteraard voldoet ze aan haar verplichtingen vanuit de WGA, maar op het moment is ze volledig arbeidsongeschikt en van re-integratie zal eerst na enige tijd en nader onderzoek sprake kunnen zijn. Graag verneem ik binnen een week na heden wat u precies beoogt. Cliënte verkeert al te lang in onzekerheid.’
‘Gisteren heb ik je gebeld met het verzoek om telefonisch contact op te nemen om bij te praten, maar vooral om wederom te overleggen wat jouw mogelijkheden zijn om werkzaamheden te hervatten. (-) Wij hebben de laatste maanden verschillende malen telefonisch overleg gevoerd, maar jij hebt mij geen duidelijkheid willen of kunnen geven wat jij zelf wil en kan gaan oppakken aan werkzaamheden. Wel heb je uitgesproken, dat je het liefst niet meer werkzaam wil zijn voor een werkgever maar bij voorkeur, binnen de beperktere mogelijkheden van je ziekte, als zelfstandige aan de slag zou willen gaan en daar ook een eventuele transitievergoeding voor zou willen aanwenden om op te starten.’[A] schreef dat hij [verzoekster]
‘heel graag weer spoedig aan de slag (zou) hebben bij [verweerster] ’, dat zij zich zou kunnen bezighouden met
‘artikelbeheer, prijslijsten, publicaties enz.’, maar dat zij zelf moest aangeven
‘wanneer en wat voor soort werkzaamheden je zou kunnen oppakken’, want
‘jij weet beter dan wie ook wat je wel of niet aankan.’[A] verzocht [verzoekster] om:
‘aan te geven of je in de (nabije) toekomst wel of geen werkzaamheden bij [verweerster] wil uitvoeren; wat voor soort werkzaamheden je onder welke werkomstandigheden zou kunnen gaan uitvoeren; welke stappen jij denkt dat er genomen kunnen of moeten worden om tot re-integratie te komen; om ook van jouw kant regelmatig contact met mij op te nemen om mij ( [verweerster] ) op de hoogte te houden van jouw situatie en vooruitzichten.’
‘vermoed(de) dat deze relevant is voor welke re-integratie dan ook.’[verzoekster] liet weten dat het recente overlijden van een familielid aan kanker haar erg had aangegrepen en dat zij een afspraak met de bedrijfsarts zou maken.
‘(i)nmiddels (-) haar gezondheidstoestand zodanig (is) dat er sprake is van omstandigheden die van dien aard zijn dat de arbeidsovereenkomst billijkheidshalve dadelijk of na korte tijd behoort te eindigen, wat reden kan zijn om de kantonrechter te verzoeken de arbeidsovereenkomst te ontbinden. (-) Cliënte is evenwel bereid tot overleg over een regeling in der minne, maar neemt geen genoegen met de eerder geboden € 10.000,-.’Hierop reageerde de gemachtigde van [verweerster] bij brief van 19 november 2015 met onder meer de mededeling dat [verweerster] bereid is [verzoekster] , binnen de benutbare mogelijkheden, in dienst te houden, maar dat zij ( [verzoekster] ) die mogelijkheid niet nader wil onderzoeken.
‘min of meer gelijkwaardige beperkingen en arbeidsmogelijkheden’, dat er
‘mogelijkheden in passende werkzaamheden’zijn, maar dat er een nieuw aspect is, te weten
‘een arbeidsconflict tussen werkgever en werknemer’. Verder:
‘Er zijn nog behandelmogelijkheden. Deze behandelmogelijkheden zullen afgewacht dienen te werden.’Diezelfde dag mailde [verzoekster] aan [A] dat zij in december 2015 weer een medische ingreep moest ondergaan en dat zij betrokken is bij de zorg om haar zieke neef die bestraald moet worden.
‘suggesties van mogelijkheden’gedaan. Hij somde enkele concrete werkzaamheden op die [verzoekster] zou kunnen oppakken, zodra zij dat kon en wilde. [A] :
‘Van de kant van [verweerster] staan we uiteraard heel positief tegenover het weer (proberen) opstarten van werk. (-) Laten we op korte termijn hierover onze gedachten vormen en dan vast proberen te stellen wat wel en niet haalbaar voor je is en onder welke fysieke condities er wel of niet werk uitgevoerd kan worden.’