Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 22 november 2017
- de conclusie van antwoord in reconventie van 20 december 2017
- het proces-verbaal van comparitie van 7 februari 2018
2.De feiten
De reden hiervoor is dat ik mijzelf, om economische redenen, genoodzaakt zie om met mijn gezin de woning aan de [adres] te betrekken (dringend eigen gebruik)”.
In casu is sprake van een aantal omstandigheden die leiden tot de conclusie dat cliënt het gehuurde dringend nodig heeft voor eigen gebruik. De zwaarwegendste omstandigheid is de situatie van de drie jonge kinderen (waaronder een baby) van cliënt en zijn partner. Bij de oudste twee kinderen is een ernstige gedragsstoornis geconstateerd. Het oudste kind zit om die reden op het Speciaal Basis Onderwijs in [woonplaats X] . Hier is hij niet op zijn plek. Het middelste kind zit nu nog op het regulier Basisonderwijs in [woonplaats X] , maar ook hij zit daar niet op zijn plek. De school en de GZ psycholoog dringen aan op de overstap naar het Speciaal Basis Onderwijs.
De naaste familieleden van het gezin (o.a. een moeder en een zus) zijn woonachtig in of in de nabijheid van [woonplaats Y] . Zij zijn bereid te fungeren als opvang en achtervang en zodoende mede zorg te dragen voor de verzorging van de kinderen. An wege zijn baan is cliënt veel van huis en heeft zijn partner de hulp van familie extra hard nodig. Er is dus sprake van een duidelijke woonplaats [woonplaats Y] .”
3.Het geschil
4.De beoordeling
woensdag 4 april 2018 te 9.30 uur, waar [eiser] zich schriftelijk dient uit te laten omtrent hetgeen is overwogen onder overweging 4.5 en 4.7;