In deze zaak heeft eiser, eigenaar van een karakteristieke boerderij uit de 17e eeuw, stucwerkzaamheden laten uitvoeren zonder de benodigde vergunning. De gemeente legde daarop bouwstops en lasten onder dwangsom op, omdat volgens het college een vergunning vereist was voor de werkzaamheden. Eiser stelde dat de werkzaamheden onder gewoon onderhoud vielen en dat hij geen vergunning nodig had. De rechtbank oordeelde dat de werkzaamheden inderdaad vergunningvrij waren op basis van artikel 2 van Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht (Bor), dat gewoon onderhoud definieert als werkzaamheden die gericht zijn op het behoud van de bestaande situatie zonder wijziging van detaillering, profilering of vormgeving. De rechtbank vernietigde de besluiten van het college, omdat er geen overtreding was en het college geen grondslag had om handhavend op te treden. Eiser hoeft geen dwangsommen te betalen en het college moet eventueel betaalde dwangsommen terugbetalen. De rechtbank heeft ook bepaald dat het college het griffierecht aan eiser moet vergoeden.