Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
uitspraak van de meervoudige kamer van 22 januari 2019 in de zaak tussen
A.S. Watson (Health & Beauty Continental Europe) B.V., te Renswoude, eiseres
[naam derde-partij], te [woonplaats] , gemachtigde: A. Witten.
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 22 januari 2019 uitspraak gedaan in een geschil tussen A.S. Watson (Health & Beauty Continental Europe) B.V. en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. De eiseres, A.S. Watson, is eigenrisicodrager voor de Ziektewet (ZW) en betwist de aanspraak van een ex-werkneemster op een ZW-uitkering. De rechtbank moest beoordelen of de ex-werkneemster verzekerd was voor de ZW op het moment van haar arbeidsongeschiktheidsmelding. De rechtbank concludeert dat de ex-werkneemster wel degelijk verzekerd was, ondanks de betogen van eiseres dat zij niet ziek was tijdens de melding en dat er sprake was van een benadelingshandeling.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de ex-werkneemster op 14 augustus 2014 op staande voet is ontslagen en zich op 15 augustus 2014 ziek heeft gemeld. Eiseres heeft aangevoerd dat de ex-werkneemster geen recht heeft op een ZW-uitkering omdat zij niet ziek zou zijn geweest ten tijde van de melding. De rechtbank heeft echter de conclusie van de verzekeringsarts gevolgd, die heeft vastgesteld dat de ex-werkneemster arbeidsongeschikt was op het moment van de melding. Eiseres heeft deze conclusie niet voldoende gemotiveerd weersproken.
Daarnaast heeft de rechtbank de argumenten van eiseres over de benadelingshandeling verworpen. Eiseres stelde dat de ex-werkneemster al psychische problemen had ten tijde van haar ontslag, maar de rechtbank vond onvoldoende bewijs dat dit tot arbeidsongeschiktheid zou leiden. De rechtbank concludeert dat er geen sprake is van een benadelingshandeling en dat het bestreden besluit van de verweerder in stand kan blijven. Het beroep van eiseres is ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding is afgewezen.