Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 9 september 2019 in de zaak tussen
[eiseres], eiseres, te [woonplaats] , tezamen: eisers
Rechtbank Midden-Nederland
Op 9 september 2019 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Woerden als verweerder en eisers, die een aanvraag hadden ingediend voor het legaliseren van drie bouwwerken op een perceel in Woerden. Het bestreden besluit, dat op 2 juli 2018 was genomen, wees deze aanvraag af. Eisers hebben hiertegen beroep ingesteld. Tijdens de zitting op 18 juni 2019 zijn eisers verschenen, bijgestaan door hun gemachtigde, terwijl de verweerder zich liet vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.
De rechtbank heeft in een tussenuitspraak van 25 juli 2019 verweerder de gelegenheid gegeven om het geconstateerde gebrek in het bestreden besluit te herstellen. Verweerder heeft echter besloten geen gebruik te maken van deze mogelijkheid. In de einduitspraak heeft de rechtbank bevestigd dat het bestreden besluit onzorgvuldig tot stand is gekomen en in strijd is met de relevante wetgeving, waaronder de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en het Besluit omgevingsrecht (Bor).
De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard, het bestreden besluit vernietigd en verweerder opgedragen binnen zes weken een nieuw besluit te nemen. Tevens is verweerder veroordeeld tot vergoeding van het griffierecht en de proceskosten van eisers. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.