ECLI:NL:RBMNE:2019:6787

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
20 maart 2019
Publicatiedatum
4 november 2024
Zaaknummer
7394744 LC EXPL 18-3837 HL
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verstekvonnis inzake vordering tot betaling en garantie in civiele zaak

In deze civiele zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 20 maart 2019 een verstekvonnis gewezen in een geschil tussen [eiser] en Almexx B.V. [eiser] vorderde betaling van een bedrag van € 13.443,86, vermeerderd met wettelijke rente, en een verklaring voor recht betreffende een garantie van 30 jaar op uitgevoerde werkzaamheden door Almexx. Almexx is niet verschenen in de procedure, waardoor verstek is verleend. De kantonrechter heeft vastgesteld dat Almexx toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit de overeenkomst met [eiser], die betrekking had op het verhelpen van lekkages in de kelder van [eiser]'s woning. De kantonrechter heeft de vordering van [eiser] toegewezen, inclusief de gevorderde buitengerechtelijke incassokosten, en Almexx veroordeeld in de proceskosten van [eiser]. Daarnaast is de garantie van 30 jaar op de werkzaamheden bevestigd. De kantonrechter heeft ook de proceskosten van [gedaagden 2 en 3] toegewezen, omdat de subsidiaire vordering van [eiser] tegen hen niet voor toewijzing in aanmerking kwam.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Civiel recht kantonrechter
locatie Lelystad
zaaknummer: 7394744 LC EXPL 18-3837 HL
Verstekvonnis van 20 maart 2019
inzake
[eiser] ,wonende te [woonplaats] , eisende partij,
gemachtigde: mr. J.F. Koot, advocaat
tegen
1. de besloten vennootschap
ALMEXX B.V., h.o.d.n. [naam] ,gevestigd te [vestigingsplaats] ,
gedaagde partij, niet verschenen,

2 [gedaagde sub 2] , h.o.d.n. [gedaagde sub 3] ,

wonende te [woonplaats] , gedaagde partij,
gemachtigde: mr. W.J. Robbe, werkzaam bij ARAG SE Nederland,
3. de besloten vennootschap
[gedaagde sub 3] B.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats] , gedaagde partij,
gemachtigde: mr. W.J. Robbe, werkzaam bij ARAG SE Nederland.
Partijen zullen hierna worden aangeduid als [eiser] , Almexx en [gedaagden 2 en 3]

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 6 februari 2019;
- het verzoek van [eiser] van 11 februari 2019 om de comparitie na antwoord op 19 maart 2019 geen doorgang te laten vinden;
- de instemming met genoemd verzoek van [gedaagden 2 en 3] van 14 februari 2019;
- de mededeling dat de kantonrechter heeft beslist dat de comparitie na antwoord op 19 maart 2019 geen doorgang zal vinden.
1.2.
Tegen de niet verschenen Almexx is verstek verleend.
1.3.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.Het geschil

2.1.
[eiser] vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, primair:
1. veroordeling van Almexx om aan hem te betalen een bedrag van € 13.443,86, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 april 2017 tot de dag van algehele voldoening;
II. veroordeling van Almexx om aan hem te betalen een bedrag van € 910,65 wegens door [eiser] gemaakte buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag van de dagvaarding tot de dag van algehele voldoening;
III. een verklaring voor recht dat de door of namens Almexx verstrekte garantie voor de duur van 30 jaar onverkort van toepassing blijft op de door of namens Almexx voor [eiser] uitgevoerde werkzaamheden, te rekenen vanaf 2016;
IV. veroordeling van Almexx in de proceskosten;
V. veroordeling van Almexx in de nakosten, te vermeerderen met explootkosten en de wettelijke rente indien betekening van dit vonnis heeft plaatsgevonden en Almexx niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan.
2.2.
Subsidiair vordert [eiser] veroordeling van [gedaagden 2 en 3] in hetgeen onder rechtsoverweging 2.1. staat opgesomd.
2.3.
[eiser] legt aan zijn vordering ten grondslag dat Almexx jegens hem toerekenbaar is tekortgeschoten in de nakoming van haar verplichtingen die volgen uit de tussen hen gesloten overeenkomst, door de lekkage in de kelder van de woning van [eiser] niet te verhelpen. Dit terwijl het repareren van de lekkage de kern is van de overeengekomen werkzaamheden. Volgens [eiser] zijn de reparatiewerkzaamheden die Almexx heeft uitbesteed aan [gedaagden 2 en 3] ondeugdelijk uitgevoerd. Als gevolg hiervan heeft [eiser] schade geleden en moet hij in de kelder de vloer en de vloerverwarming herstellen, isolatie aanbrengen en reeds behandelde oppervlaktes waterdicht maken.
2.4.
[eiser] richt zijn vorderingen primair aan Almexx, omdat hij met haar de overeenkomst is aangegaan tot reparatie van de lekkages in de kelder van zijn woning. Almexx is ook degene die hiervoor een offerte heeft opgesteld waarin zij 30 jaar garantie heeft toegezegd en zij heeft [eiser] een garantiecertificaat verstrekt. [eiser] richt zijn vorderingen subsidiair aan [gedaagden 2 en 3] omdat zij de reparatiewerkzaamheden hebben uitgevoerd en Almexx, voorafgaand aan de dagvaarding in deze zaak, heeft gesteld dat de garantie is verleend door [gedaagden 2 en 3]
2.5.
[gedaagden 2 en 3] hebben gemotiveerd verweer gevoerd tegen de vordering met als conclusie dat de kantonrechter deze zal afwijzen, met veroordeling van [eiser] in de proceskosten.

3.De beoordeling

3.1.
Nu door Almexx geen verweer wordt gevoerd en het gevorderde de kantonrechter niet onrechtmatig of ongegrond voorkomt, zal het primair gevorderde worden toegewezen
inhoudende dat Almexx wordt veroordeeld tot betaling van de hoofdsom van € 13.443,86 aan [eiser] , te vermeerderen met de wettelijke rente. Gelet op de brief van [eiser] aan Almexx van 12juli 2018, waarin Almexx een termijn van veertien dagen is gegund de lekkage alsnog te verhelpen, is de wettelijke rente verschuldigd vanaf 27 juli 2018.
3.2.
De kantonrechter verklaart daarnaast voor recht dat de door of namens Almexx verstrekte garantie voor de duur van 30 jaar onverkort van toepassing blijft op de door of namens Almexx voor [eiser] uitgevoerde werkzaamheden, te rekenen vanaf 2016.
3.3.
[eiser] heeft een bedrag van€ 910,65 aan buitengerechtelijke incassokosten gevorderd. De kantonrechter stelt vast dat het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten (hierna: het Besluit) van toepassing is. [eiser] heeft voldoende gesteld en onderbouwd dat buitengerechtelijke incassowerkzaamheden zijn verricht. Het gevorderde bedrag aan buitengerechtelijke incassokosten is echter hoger dan het in het Besluit bepaalde tarief. De kantonrechter zal het bedrag daarom toewijzen tot het wettelijke tarief van € 909,44, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 12 december 2018, de dag van de dagvaarding, tot de dag van de algehele voldoening.
3.4.
Almexx zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten van [eiser] worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [eiser] worden begroot op:
- dagvaarding
€ 117,86
- griffierecht
€ 476,00
- salaris gemachtigde

360 00
(1 punt x tarief€ 360,00)
Totaal
€ 953,86
3.5.
De door [eiser] gevorderde nakosten worden op de in het dictum weergegeven wijze begroot.
3.6.
Nu het primair gevorderde wordt toegewezen, komt de door [eiser] subsidiair gevorderde veroordeling van [gedaagden 2 en 3] in de onder rechtsoverweging 2.1. weergegeven vordering niet voor toewijzing in aanmerking. [eiser] zal daarom worden veroordeeld in de door [gedaagden 2 en 3] gemaakte proceskosten ter verdediging tegen deze vordering. De kosten worden begroot op€ 360,00 (1 punt) aan salaris voor de gemachtigde.

4.De beslissing

De kantonrechter:
4.1.
veroordeelt Almexx om aan [eiser] te betalen € 13.443,86, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 27 juli 2018 tot de dag van de algehele voldoening;
4.2.
verklaart voor recht dat de door of namens Almexx verstrekte garantie voor de duur van 30 jaar onverkort van toepassing blijft op de door of namens Almexx voor [eiser] uitgevoerde werkzaamheden, te rekenen vanaf 2016;
4.3.
veroordeelt Almexx om aan [eiser] te betalen € 909,44 aan buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 12 december 2018 tot de dag van de algehele voldoening;
4.4.
veroordeelt Almexx tot betaling van de proceskosten aan de zijde van [eiser] , tot de uitspraak van dit vonnis begroot op€ 953,86, waarin begrepen€ 360,00 aan salaris gemachtigde;
4.5.
veroordeelt Almexx, onder de voorwaarde dat zij niet binnen veertien dagen na aanschrijving door [eiser] volledig aan dit vonnis voldoet, in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op:
- € 120,00 aan salaris gemachtigde, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW met ingang van de vijftiende dag na aanschrijving tot de voldoening,
- te vermeerderen, indien betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, met de explootkosten van betekening van het vonnis, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW met ingang van de vijftiende dag na betekening tot de voldoening;
4.6.
verklaart de beslissing zoals weergegeven in rechtsoverweging 4.1 tot en met 4.5 uitvoerbaar bij voorraad;
4.7.
veroordeelt [eiser] tot betaling van de proceskosten aan de zijde van [gedaagden 2 en 3] tot de uitspraak van dit vonnis begroot op € 360,00 aan salaris gemachtigde.
Dit vonnis is gewezen door mr. L.M.M. Heppe, kantonrechter, en is in aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 20 maart 2019.