Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.Procesverloop
2.Beoordeling
3.Beslissing
[betrokkene], geboren op [geboortedatum] 1990 te [geboorteplaats] (Afghanistan), voor de volgende vormen van verplichte zorg:
Rechtbank Midden-Nederland
Op 12 maart 2020 heeft de Rechtbank Midden-Nederland een beschikking gegeven inzake een zorgmachtiging voor een betrokkene, geboren in 1990 in Afghanistan. De officier van justitie had op 26 februari 2020 een verzoek ingediend voor het verlenen van een zorgmachtiging op basis van artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). Tijdens de mondelinge behandeling zijn de betrokkene, zijn advocaat mr. J.J. Stobbe, en een vertegenwoordiger van het FACT team gehoord. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, wat leidt tot ernstig nadeel en dat verplichte zorg noodzakelijk is. De rechtbank heeft geoordeeld dat opname als ultimum remedium moet worden beschouwd en dat ambulante zorg niet mogelijk is. De zorgmachtiging is verleend voor de duur van zes maanden, tot en met 12 september 2020, met de mogelijkheid tot opname in een accommodatie indien ambulante zorg niet voldoende is. De rechtbank heeft de gevraagde vormen van verplichte zorg goedgekeurd, waaronder het toedienen van medicatie en toezicht op de betrokkene. De beschikking is mondeling gegeven en later schriftelijk uitgewerkt en ondertekend.