Uitspraak
1.Procesverloop
2.Beoordeling
3.Beslissing
[betrokkene], geboren op [geboortedatum] 1993 te [geboorteplaats] , voor de volgende vormen van verplichte zorg:
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 29 mei 2020 een beschikking gegeven inzake een verzoek tot zorgmachtiging, ingediend door de officier van justitie. Het verzoek was gericht op het verlenen van verplichte zorg aan een betrokkene, geboren in 1993, die verblijft in een zorginstelling. De rechtbank heeft de mondelinge behandeling telefonisch gehouden vanwege de coronamaatregelen. Tijdens de behandeling zijn de betrokkene en de psychiater gehoord, terwijl de advocaat van de betrokkene zich in een aparte ruimte bevond. De officier van justitie was niet aanwezig.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, specifiek een schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen, wat leidt tot ernstig nadeel en risico's voor de betrokkene en de omgeving. De rechtbank heeft geconcludeerd dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn en heeft daarom een zorgmachtiging verleend voor een periode van zes maanden, tot en met 29 november 2020. De verleende zorg omvat onder andere het toedienen van medicatie, het beperken van de bewegingsvrijheid, en het uitoefenen van toezicht op de betrokkene. De rechtbank heeft het meer of anders verzochte afgewezen.
De beschikking is mondeling gegeven door rechter G. van de Beek en is schriftelijk uitgewerkt en ondertekend op 9 juni 2020. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.