Uitspraak
William Schrikker Stichting Jeugdbescherming & Jeugdreclassering, hierna te noemen de GI,
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.Het verzoek
4.De beoordeling
5.De beslissing
Arnhem-Leeuwarden.
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft de kinderrechter op 3 juni 2020 een beschikking gegeven met betrekking tot de voorlopige ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige. De Raad voor de Kinderbescherming Midden Nederland had verzocht om de minderjarige, geboren in 2009, onder toezicht te stellen en hem bij de vader te plaatsen. De vader heeft geen vaste woon- of verblijfplaats en het is onduidelijk waar de minderjarige zich momenteel bevindt. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de Nederlandse rechter bevoegd is om van de zaak kennis te nemen, omdat de moeder haar woonplaats in Nederland heeft. De kinderrechter heeft de voorlopige ondertoezichtstelling in stand gelaten en een machtiging tot uithuisplaatsing verleend voor de duur van de ondertoezichtstelling, tot 13 augustus 2020. De kinderrechter benadrukt het belang van openheid van zaken van de ouders en de noodzaak voor de gecertificeerde instelling om de situatie van de minderjarige te onderzoeken. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.