Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 1 juli 2020 in de zaak tussen
[eiser] , te [woonplaats] , eiser
Procesverloop
Overwegingen
7 december 2018. Verder stelt eiser dat gegevens over de opleiding en het werk niet relevant zijn voor het bepalen van het recht op bijstand. Als die gegevens volgens de rechtbank wel relevant zijn, stelt eiser dat verweerder niet gerechtigd is onderzoek te doen naar gegevens van meer dan drie maanden voor de bijstandsaanvraag. Als de rechtbank eiser daar ook niet in volgt, stelt eiser dat met de door hem geleverde informatie over de opleiding en het werk het recht op bijstand goed is vast te stellen. Hij verwijst hierbij naar de toelichting die hij tijdens de aanvraagfase heeft gegeven. Over de pintransacties stelt eiser dat hij zo goed als mogelijk en onderbouwd inzicht heeft gegeven in zijn financiële situatie voorafgaand aan zijn aanvraag.
Subsidiair voert eiser aan dat het recht op bijstand in deze procedure alsnog kan worden vastgesteld.