ECLI:NL:RBMNE:2020:2563

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
19 juni 2020
Publicatiedatum
3 juli 2020
Zaaknummer
UTR 19/3635
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om proceskostenvergoeding in bestuursrechtelijke procedure

In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedateerd 19 juni 2020, is het verzoek van de verzoeker om vergoeding van proceskosten afgewezen. De verzoeker, die in beroep was gegaan tegen het uitblijven van een besluit, had op 26 september 2019 een besluit ontvangen van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie op zijn naturalisatieverzoek. Na ontvangst van dit besluit trok de verzoeker zijn beroep in en vroeg hij om vergoeding van zijn proceskosten.

De rechtbank overweegt dat, volgens artikel 8:75 en 8:75a van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en het Besluit proceskosten bestuursrecht (Bpb), alleen de kosten die zijn gemaakt door een professionele juridische hulpverlener voor vergoeding in aanmerking komen. Aangezien de verzoeker geen advocaat of andere professionele juridische hulpverlener heeft ingeschakeld, zijn er geen kosten die voor vergoeding in aanmerking komen.

De rechtbank wijst het verzoek om proceskostenvergoeding daarom af. Wel moet de verweerder het griffierecht aan de verzoeker betalen, zoals bepaald in artikel 8:41 van de Awb. Deze uitspraak is gedaan door mr. M.C. Verra, rechter, in aanwezigheid van N.J.R. Kalaykhan, griffier. Vanwege de coronamaatregelen is de uitspraak niet op een openbare zitting gedaan, maar zal deze alsnog openbaar worden uitgesproken zodra dat weer mogelijk is.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Zittingsplaats Utrecht
Bestuursrecht
zaaknummer: UTR 19/3635

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 19 juni 2020 in de zaak tussen

[verzoeker] , te [woonplaats] , verzoeker,

en

de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, verweerder.

Procesverloop

Deze uitspraak gaat over het verzoek van verzoeker om vergoeding van zijn proceskosten.
Verweerder heeft niet gereageerd op dit verzoek.

Overwegingen

1. Verzoeker is op 13 september 2019 in beroep gegaan tegen het uitblijven van een besluit. Verweerder heeft op 26 september 2019 een besluit genomen op het naturalisatieverzoek van verzoeker. Verweerder heeft dus gedaan wat verzoeker wilde. Verzoeker heeft daarna het beroep ingetrokken en een vergoeding gevraagd voor zijn proceskosten.
2. De rechtbank kan een partij de proceskosten van de tegenpartij laten betalen (artikel 8:75 en 8:75a van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en het Besluit proceskosten bestuursrecht (Bpb)).
3. Alleen de kosten die gemaakt zijn door een professionele (juridische) hulpverlener kunnen worden vergoed. Omdat verzoeker geen advocaat of andere professionele juridische hulpverlener heeft, zijn er ook geen kosten die vergoed kunnen worden. Het verzoek wordt daarom afgewezen.
4. Verweerder moet wel het griffierecht aan verzoeker betalen (artikel 8:41 van de Awb).

Beslissing

De rechtbank wijst het verzoek af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M.C. Verra rechter, in aanwezigheid van N.J.R. Kalaykhan, griffier. Deze uitspraak is gedaan op 19 juni 2020.
Als gevolg van maatregelen rondom het coronavirus is deze uitspraak niet uitgesproken op een openbare uitsprakenzitting. Zodra het openbaar uitspreken weer mogelijk is, wordt deze uitspraak, voor zover nodig, alsnog in het openbaar uitgesproken.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Bent u het niet eens met deze uitspraak?

Als u het niet eens bent met deze uitspraak kunt u een brief sturen naar de rechtbank waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een verzetschrift. U moet dit verzetschrift indienen binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum op de stempel die hierboven staat. Als u graag een zitting wilt waarbij u persoonlijk uw mening aan de rechter kunt geven, kunt u dit in uw verzetschrift aangeven.