ECLI:NL:RBMNE:2020:2629
Rechtbank Midden-Nederland
- Voorlopige voorziening
- L.M. Reijnierse
- L.M. Janssens-Kleijn
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening wegens niet indienen bezwaarschrift
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 30 juni 2020 uitspraak gedaan op een verzoek om voorlopige voorziening van een verzoeker wiens rijbewijs op 15 april 2020 ongeldig was verklaard door de algemeen directeur van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen. Verzoeker heeft op 30 april 2020 een verzoek om voorlopige voorziening ingediend, maar heeft geen bezwaarschrift tegen het primaire besluit ingediend. Tijdens de zitting op 16 juni 2020 is verzoeker verschenen, terwijl verweerder niet aanwezig was. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er geen bezwaar is gemaakt tegen het bestreden besluit, wat betekent dat er geen connexiteit is met een lopende procedure zoals vereist in artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht. Verzoeker heeft ter zitting verklaard dat hij op advies van verweerder alleen een verzoekschrift bij de rechtbank moest indienen, maar dit werd door verweerder ontkend. Aangezien verzoeker geen bezwaarschrift heeft ingediend, is het verzoek om voorlopige voorziening niet-ontvankelijk verklaard. De voorzieningenrechter heeft besloten het verzoek af te wijzen en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is niet openbaar uitgesproken vanwege coronamaatregelen, maar zal alsnog openbaar worden gemaakt zodra dat weer mogelijk is.