Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
kantonrechter
wonende te [woonplaats] ,
verzoeker, hierna ook te noemen: [verzoeker] ,
verschenen in persoon
[verweerster],
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
verweerster, hierna ook te noemen: [verweerster] ,
gemachtigde mr. C.S.M. Allegra.
1.Het verloop van de procedure
2.De feiten
Uw werktijd wordt verminderd met 20% tegen een inhouding op uw bruto salaris van 9%.
De formele omvang van uw dienstverband verandert niet door de deelname aan de SOP-regeling.
1 september 2015. Onder meer over die overgangsregeling is in januari 2015 een informatiebijeenkomst gegeven door de arbeidsrechtjurist van de [verweerster] , waarvan de presentatie vervolgens op intranet is gepubliceerd.
3.Het verzoek
1 september 2015 op de nieuwe WS-regeling had kunnen overstappen. Dat is ernstig verwijtbaar, omdat op dat moment al een opvolgende cao hbo geldende was met een andere regeling per 1 januari 2015, zonder [verzoeker] daarover en over de negatieve consequenties en de andere mogelijkheden die de cao hbo 2014-2016 bevatte te informeren.
1 januari 2020. Daar heeft [verzoeker] niet mee ingestemd, zodat hij recht heeft op de transitievergoeding per 31 december 2019.
4.Het verweer
5.De beoordeling
Behoudens de verbintenissen voortvloeiende uit deze vaststellingsovereenkomst, verlenen partijen elkaar, onder het voorbehoud dat partijen zich tot aan de beëindigingsdatum aan geldende verplichtingen voortvloeiende uit de arbeidsovereenkomst zullen houden, over en weer finale kwijting ter zake de arbeidsovereenkomst en de beëindiging daarvan.”
Verder voert [verzoeker] hier nogmaals aan dat is opgezegd tegen een eerdere datum dan in de aanvraag en bevestiging SOP-regeling is overeengekomen. Ook op dat punt is reeds geoordeeld, waarvoor wordt verwezen naar rechtsoverweging 5.6.. Het subsidiaire verzoek van [verzoeker] wordt dan ook afgewezen.