ECLI:NL:RBMNE:2020:3212

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
1 juli 2020
Publicatiedatum
11 augustus 2020
Zaaknummer
8117428 MC EXPL 19-9292 BmR/842
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Consumentenkoop van een scootmobiel en de vraag naar non-conformiteit en aansprakelijkheid

In deze zaak gaat het om een geschil tussen [eiseres] en [gedaagde] over de koop van een scootmobiel, waarbij [eiseres] stelt dat de scootmobiel niet voldoet aan de overeenkomst vanwege het ontbreken van een EU-certificaat of keurmerk. [eiseres] heeft op 17 november 2015 een scootmobiel gekocht voor € 5.250,00, maar heeft na verschillende mankementen en reparaties, waaronder het vervangen van de motor en accu's, de koopovereenkomst vernietigd op grond van dwaling. De kantonrechter heeft de vordering van [eiseres] afgewezen, oordelend dat het ontbreken van een CE-markering niet automatisch leidt tot non-conformiteit en dat de scootmobiel mogelijk nog steeds aan de overeenkomst voldeed. De kantonrechter concludeert dat [gedaagde] niet toerekenbaar tekortgeschoten is en dat [eiseres] niet tijdig heeft geklaagd over de gebreken. De vordering van [eiseres] wordt afgewezen en zij wordt veroordeeld in de proceskosten.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Civiel recht
kantonrechter
locatie Almere
zaaknummer: 8117428 MC EXPL 19-9292 BmR/842
Vonnis van 1 juli 2020
inzake
[eiseres],
wonende te [woonplaats 1] ,
verder ook te noemen [eiseres] ,
eisende partij,
gemachtigde: mr. W.F. Wienen,
tegen:
[gedaagde] tevens h.o.d.n. [handelsnaam],
wonende te [woonplaats 2] ,
verder ook te noemen [handelsnaam] ,
gedaagde partij,
gemachtigde: D.A.S. Ned.Rechtsbijstand Vez.mij. N.V., mr. F. Hilbrands.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding - de conclusie van antwoord - het tussenvonnis van 29 januari 2020 - het proces-verbaal van comparitie van 13 februari 2020 - akte bewijslevering aan de zijde van [handelsnaam] - antwoordakte aan de zijde van [eiseres] - akte na antwoordakte aan de zijde van [handelsnaam] - antwoordakte producties aan de zijde van [eiseres]
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
[eiseres] heeft van [handelsnaam] op 17 november 2015 een Scootmobiel PT Monarch Royale 3 gekocht en geleverd gekregen voor de prijs van € 5.250,00 inclusief btw.
2.2.
Op 3 maart 2017 heeft [handelsnaam] bij [eiseres] een bedrag van € 700,00 in rekening gebracht bestaand uit een jaarlijkse onderhoudsbeurt (€ 120,00) en het vervangen van de accu’s € 580,00. Op 19 juli 2018 heeft [handelsnaam] bij [eiseres] een bedrag van € 470,00 aan reparatiekosten in rekening gebracht. De facturen zijn door [eiseres] voldaan.
2.3.
Bij brief van 27 maart 2019 van de gemachtigde van [eiseres] aan [handelsnaam] is de koopovereenkomst van 17 november 2015 vernietigd op grond van dwaling omdat de scootmobiel niet voldoet aan de van toepassing zijnde wet- en regelgeving wegens het ontbreken van een EG-conformiteitsverklaring (CE keurmerk). Voor zover het beroep op vernietiging niet zou slagen heeft [eiseres] de koopovereenkomst buitengerechtelijk ontbonden. De koopprijs van € 5.250,00 alsmede de reparatiekosten van € 1.084,80 worden teruggevorderd.

3.Het geschil

3.1.
[eiseres] vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, primair vernietiging van de overeenkomst op grond van dwaling/bedrog/misbruik van omstandigheden, althans dat deze is vernietigd, subsidiair de overeenkomst te ontbinden met veroordeling van [handelsnaam] om aan [eiseres] te voldoen € 7.026,54 (bestaande uit € 6.334,80 aan hoofdsom, en € 691,74 aan buitengerechtelijke incassokosten), te vermeerderen met de wettelijke rente over de hoofdsom vanaf 10 april 2019 tot de voldoening en met veroordeling van [handelsnaam] in de proces- en nakosten.
3.2.
Ter onderbouwing van die vordering stelt [eiseres] dat zij na de aankoop is geconfronteerd met verschillende mankementen [handelsnaam] , waaronder het aanlopen van het rechterachterwiel, het na 9 maanden vervangen van de motor, het langzaam op gang komen, bij achteruitrijden melding van code error 7. [handelsnaam] heeft verschillende reparaties moeten uitvoeren. De scootmobiel voldeed niet en nog steeds niet aan de verwachtingen die [eiseres] daarvan mocht verwachten. Bij navraag is gebleken dat de scootmobiel niet voldoet aan hetgeen is opgenomen in de richtlijn voor medische apparaten 93/42/EEC, omdat de scootmobiel niet beschikt over een CE keurmerk/EG conformiteitsverklaring. De scootmobiel is daardoor onverzekerbaar. [handelsnaam] wist dit, althans had dat moeten weten, en heeft dit opzettelijk verzwegen en niet aan [eiseres] medegedeeld. [eiseres] beroept zich primair op bedrog/dwaling/misbruik van omstandigheden en subsidiair op ontbinding van de overeenkomst. [eiseres] maakt aanspraak op terugbetaling van de kooprijs en de betaalde reparaties te vermeerderen met de wettelijke rente en de buitengerechtelijke kosten nu [handelsnaam] in verzuim is geraakt, respectievelijk [eiseres] de vordering uit handen heeft moeten geven.
3.3.
[handelsnaam] heeft gemotiveerd verweer gevoerd tegen de vordering met als conclusie dat de kantonrechter deze zal afwijzen, met veroordeling van [eiseres] in de proceskosten
3.4.
[handelsnaam] baseert haar verweer - kort weergegeven - op het volgende. Voor zover de scootmobiel mankementen heeft vertoond heeft [handelsnaam] daar adequaat op gereageerd en de gebreken direct verholpen. Het aanlopen van het achterwiel is hersteld, de motor is onder garantie na 9 maanden vervangen, de accu’s zijn eveneens vervangen maar daarvoor gold slechts een garantietermijn van 1 jaar, een reparatie is op 19 juli 2018 uitgevoerd en [eiseres] heeft de factuur ook zonder protest voldaan. [eiseres] heeft meer dan 10.000 km met de scootmobiel gereden. [handelsnaam] heeft de scootmobiel zelf ingekocht bij [onderneming 1] in Duitsland en de scootmobiel is voorzien van alle CE en TUV keurmerken. [handelsnaam] betwist dan ook dat de scootmobiel niet de eigenschappen bezit die [eiseres] redelijkerwijs mocht verwachten. Van onjuiste mededelingen aan [eiseres] is geen sprake. Voor zover thans gebreken aan de scootmobiel kleven is [handelsnaam] niet in gebreke gesteld noch in de gelegenheid gesteld die gebreken te verhelpen. Van verzuim is dan ook geen sprake, afgezien nog van het feit dat [eiseres] sinds augustus 2016 stil heeft gezeten, zodat ook de termijn van twee jaar ex artikel 7:23 lid 2 BW is verstreken. Als al zou worden toegekomen aan vernietiging of ontbinding van de overeenkomst dan is een volledige terugbetaling van de kooprijs, gelet op het tijdsverloop en gebruik, niet aan de orde. Voor terugbetaling van de door [eiseres] betaalde onderhouds- en reparatiefacturen is al helemaal geen grond.
3.5.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

CE keurmerk/ EU conformiteitsverklaring

4.1.
In dit geschil heeft de discussie zich in eerste instantie toegespitst op de vraag of een CE keurmerk ontbreekt. [eiseres] meent dat het ontbreken van een CE markering een beroep op bedrog/dwaling/misbruik van omstandigheden dan wel ontbinding van de overeenkomst rechtvaardigt. [handelsnaam] heeft dit standpunt bestreden.
4.2.
Niet in geschil is dat op grond van de richtlijn voor medische apparaten 93/42/EEC voor een scootmobiel (2015) een CE keurmerk/EG conformiteitsverklaring is vereist. [handelsnaam] heeft gesteld dat daaraan is voldaan en zich daartoe beroepen op verschillende documenten om dat aan te tonen. In eerste instantie heeft [handelsnaam] zich beroepen op de volgende documenten: - Test rapport van het Test Instituut Berlin Cert – Pruf – und Zertifizierstelle für Medizinprodukte GmbH an der Technischen Universität Berlin van 14 februari 2008 en 3 maart 2008 voor het type/model Scooter/PT7 Monarch Royale 4. - Musterbericht van TÜV Nord Mobilität GmbH & Co.KG van 10 maart 2008 voor het type PF7, het model Royale 4 PT7 en modeljaar 2008. Met [eiseres] is de kantonrechter van oordeel dat het rapport van het Test Instituut Berlin Cert van 14 februari en 3 maart 2008 en het Musterbericht van TÜV Mobilität GmbH niet ziet op het type/model PT7 royale 3, maar op het type/model PT7 Monarch Royale 4, zodat daar voor deze zaak geen gevolgen aan kunnen worden verbonden.
4.3.
Na daartoe in gelegenheid te zijn gesteld heeft [handelsnaam] nog de volgende documenten overgelegd: - Technische documentatie van Heartway Medical van augustus 2011 - EC declaration of Conformity van Heartway Medical Products Co. Ltd. van 5 mei 2008 - Gebrauchsanweisung Model PT 7 Monarch Royale 3, waarin is opgenomen onder 1.8 een Konformatätserklärung: “Die Heartway Medical Products Co. Ltd erklart als Hersteller des Produkts, dass der Elektoscooter, Pt7 Monarch vollständig de Anforderungen der Europeschen Richtlinie 93/42/EWG für Medizinprodukte entspricht”. - Test rapport van het Test Instituut Berlin Cert – Pruf – und Zertifizierstelle für Medizinprodukte GmbH an der Technischen Universität Berling van 14 december 2014. - EC Declaration of Conformity: Product name PT7, Royale 3 Monarch “This declaration of conformity is issued under the sole responsibility of Heartway Medical Products Co. We hereby declare that above mentioned products meet the provision of the Regulation (EU) 2017/745 for Medical Devices” van 15 april 2020. - Overige testrapporten. [eiseres] trekt ook deze door [handelsnaam] overgelegde stukken in twijfel en kwalificeert deze als (mogelijk) nep en vals. De kantonrechter is van oordeel dat [eiseres] dat standpunt onvoldoende heeft onderbouwd. De kantonrechter neemt daarbij het volgende in aanmerking. In de EC declaration van Heartway Medical van 5 mei 2008, de Gebrauchsanweisung Model PT 7 Monarch Royale 3 waarin is opgenomen onder 1.8 een Konformatätserklärung en het testrapport van het Test Instutuut Berlin Cert van 14 december 2014 wordt nadrukkelijk verwezen naar het type/model dat ook door [eiseres] is aangeschaft. De EC Declaration of Conformity van 15 april 2020 ziet op hetzelfde type/model maar refereert aan de verordening 2017/745 EU, die van latere datum is dan toepasselijke verordening 93/42/EEC. (het aangeschafte model stamt immers uit 2015). In onderlinge samenhang beschouwd kon [handelsnaam] ervan uitgaan dat voor het type/model PT 7 Royale 3 reeds in 2008, maar ook in 2014 een EU conformiteitsverklaring was verstrekt en later voor hetzelfde model ook op basis van de nieuwe verordening. Het is niet aan [handelsnaam] om te controleren of de EU conformiteitsverklaring op juiste gronden is verstrekt. Dat, mogelijk soms ten onrechte, een CE-markering wordt verstrekt, maakt dit niet anders en brengt niet met zich dat de verkoper op eigen initiatief nader onderzoek hadden moeten (laten) doen naar de technische staat van, in dit geval, de scootmobiel. Verstrekking van een CE-markering is een verantwoordelijkheid van de fabrikant, in dit geval Heartway Medical Product Ltd Co. De CE-markering is geen kwaliteitskeurmerk. Het is een verklaring van de fabrikant dat het product in overeenstemming is met bepaalde minimale Europese eisen. Het is ook niet aan de kantonrechter om te beoordelen of een dergelijk certificaat al dan niet terecht is verstrekt, zoals kennelijk door [eiseres] wordt gesuggereerd door te wijzen op de testrapporten waaruit zou blijken dat de scootmobiel op onderdelen negatief heeft gescoord.
4.4.
Overigens als al veronderstellenderwijs ervan moet worden uitgegaan dat een EU certificaat of keurmerk (daadwerkelijk) ontbreekt dan betekent dit nog niet dat de afwezigheid van een EU certificaat of keurmerk zonder meer tot aansprakelijkheid leidt, zoals kennelijk door [eiseres] betoogd. De vraag of de CE markering ontbreekt kan in het midden blijven omdat het antwoord op die vraag niet bepalend is voor het antwoord op de vraag of de geleverde scootmobiel al dan niet aan de overeenkomst beantwoordt; er kan nog steeds sprake zijn van een conform product. Het enkel ontbreken van de CE-markering levert dus geen grond voor vernietiging van de overeenkomst op grond van een wilsgebrek noch voor ontbinding van de overeenkomst. De blote stellingen dat de scootmobiel vanwege het ontbreken van een CE markering niet verzekerbaar zou en ook een gevaar op de weg zou zijn, zijn door [eiseres] niet onderbouwd en lijkt zijn weerlegging te vinden in het feit dat [eiseres] meer dan 10.000 km heeft gereden en de scootmobiel gedurende het gebruik kennelijk wel heeft kunnen verzekeren.
Non-conformiteit
4.5.
[eiseres] stelt geconfronteerd te zijn met een lange reeks mankementen. [handelsnaam] heeft volgens [eiseres] aan [eiseres] een scootmobiel geleverd die niet voldeed aan hetgeen [eiseres] op basis van de overeenkomst mocht verwachten. [handelsnaam] bestrijdt dit en stelt dat zij steeds de gemelde gebreken heeft hersteld. Bovendien is het vorderingsrecht van [eiseres] op grond van artikel 7:23 BW verjaard, afgezien nog van het feit dat [handelsnaam] niet in gebreke is gesteld en niet in de gelegenheid is gesteld de vermeende thans nog bestaande gebreken te onderzoeken en te verhelpen.
4.6.
De kantonrechter is van oordeel dat het verweer van [handelsnaam] slaagt. De kantonrechter neemt de volgende feiten en omstandigheden in aanmerking en bespreekt hieronder de door [eiseres] benoemde gebreken:
- na levering viel het linker achterwiel eraf;Het loslaten van het linker achterwiel is weliswaar aan te merken als een gebrek, maar onweersproken is door [handelsnaam] gesteld dat dit gebrek direct door [handelsnaam] is hersteld.
- het rechter achterwiel liep aan;Het aanlopen van het rechter achterwiel is eveneens te kwalificeren als een gebrek, maar ook daarvan stelt [handelsnaam] dat dit gebrek is verholpen, terwijl [eiseres] niet heeft aangetoond dat dit gebrek nog steeds zou bestaan. Dat is ook niet waarschijnlijk nu [eiseres] meer dan 10.000 km met de scootmobiel heeft gereden.
- de motor moest na 9 maanden worden vervangen;De motor is na 9 maanden vervangen. Die vervanging heeft onder garantie en dus op kosten van [handelsnaam] plaatsgevonden. Van een gebrek is dan ook niet langer sprake.
- de scootmobiel komt langzaam op gang; - na het loslaten van de gashendel reed de scootmobiel door;[handelsnaam] heeft onweersproken gesteld dat de optreksnelheid en remweg zijn in te stellen en dat die instelling in samenspraak met [eiseres] heeft plaatsgevonden. Niet gebleken is dat [eiseres] op enig moment (nadien) over de optreksnelheid en remweg heeft geklaagd. Aldus is niet aangetoond dat sprake is van een gebrek.
- bij achteruitrijden gaf het display error 7 code;[handelsnaam] heeft onweersproken gesteld dat een foutcode niet meteen betekent dat sprake is van een gebrek. Ook hier geldt dat niet is gebleken dat [eiseres] op enig moment over de foutcode heeft geklaagd.
- de accu’s moesten worden vervangen;In maart 2017 zijn de accu’s vervangen, ongeveer 1,5 jaar na aanschaf van de scootmobiel. Het is van algemene bekendheid dat accu’s een beperkte levensduur hebben. Op de accu’s is dan ook (slechts) een garantie verleend van 1 jaar. Die garantietermijn was inmiddels verlopen. Van een gebrek is geen sprake. Bovendien heeft [eiseres] de factuur van [handelsnaam] van 3 maart 2017 ook nog eens zonder protest betaald.
- nadien zijn reparaties uitgevoerd voor een bedrag van € 470,00;Volgens de factuur van [handelsnaam] van 10 juli 2018 heeft [handelsnaam] een reparatie uitgevoerd met omschrijving 'controller defect, laad systeem aangepast, ruilcontroller gemonteerd’. [eiseres] heeft deze factuur zonder protest voldaan.
4.7.
Gelet op bovenstaande overwegingen slaagt het beroep van [eiseres] op non-conformiteit niet. Onvoldoende is komen vast te staan dat sprake is van zodanige gebreken dat de scootmobiel niet die eigenschappen heeft die [eiseres] daarvan mocht verwachten, afgezien nog van het feit dat het merendeel van de gestelde gebreken ook door [handelsnaam] zijn verholpen. Welke gebreken er thans nog aan de scootmobiel kleven wordt niet door [eiseres] besproken. Niet is komen vast te staan dat het geleverde niet beantwoordt aan de overeenkomst. Het had bovendien op de weg van [eiseres] gelegen de non-conformiteit nader te onderbouwen aan de hand van een technisch rapport en aan te tonen dat de scootmobiel van aanvang af en daarna niet voldeed. Daarbij komt dat [eiseres] eerst bij brief van 31 oktober 2018 stelt dat sprake zou zijn van een ondeugdelijk geleverd scootmobiel en vordert zij het aankoop bedrag terug. Dat is ook nog eens te laat. Op grond van artikel 7:23 lid 2 BW verjaren rechtsvorderingen met als grond de non-conformiteit na verloop van twee jaar. [eiseres] beroept zich daarbij op een aantal gebreken uit het verleden en op het ontbreken van de CE-keuring. Ten aanzien van het eerste is hierboven geoordeeld en ten aanzien van het laatste heeft de kantonrechter onder rechtsoverweging 4.1 tot en met 4.4 reeds geoordeeld.
Zwarte markt/ander scootmobiel
4.8.
[eiseres] stelt nog dat de scootmobiel op de zwarte markt is terecht gekomen en nooit verhandeld had mogen worden. Afgezien van het feit dat ook deze stelling niet is onderbouwd, heeft [handelsnaam] de inkoopfactuur overgelegd van [onderneming 1] . van 26 oktober 2015 gericht aan [onderneming 2] (een gelieerde onderneming van [handelsnaam] ) waarop ook het serienummer staat vermeld welk serienummer overeenkomt met het serienummer op de verkoopfactuur aan [eiseres] . Dat een ander scootmobiel zou zijn geleverd aan [eiseres] dan op de factuur staat vermeld, is niet gebleken.
Conclusie
4.9.
Niet gebleken is dat [handelsnaam] [eiseres] op enigerlei wijze onjuiste inlichtingen heeft verstrekt of informatie heeft achtergehouden, laat staan opzettelijk onjuiste mededelingen heeft gedaan of verzwegen noch [eiseres] heeft bewogen tot het aangaan van de koopovereenkomst, zodat van enig wilsgebrek (dwaling/bedrog/misbruik van omstandigheden) niet kan worden gesproken. [handelsnaam] is voorts niet toerekenbaar tekortgeschoten; van non-conformiteit van de scootmobiel is niet gebleken, terwijl ten aanzien van vermeende gebreken ook nog eens te laat is geklaagd. De vorderingen van [eiseres] zullen worden afgewezen. [eiseres] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld.

5.De beslissing

De kantonrechter:
wijst de vordering af;
veroordeelt [eiseres] tot betaling van de proceskosten aan de zijde van [handelsnaam] , tot de uitspraak van dit vonnis begroot op € 900,00 aan salaris gemachtigde;
verklaart deze kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.M. Berendsen, kantonrechter, en is in aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 1 juli 2020.