ECLI:NL:RBMNE:2020:3213
Rechtbank Midden-Nederland
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van een nulurencontract en de gevolgen van onregelmatige opzegging
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 30 juli 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen een werkgever, [verzoekster] B.V., en een werkneemster, [verweerster]. De werkneemster was in dienst op basis van een nulurencontract en had op 15 april 2020 ontslag genomen, maar de werkgever stelde dat dit ontslag onterecht was en vorderde een gefixeerde schadevergoeding wegens onregelmatige opzegging. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de werkneemster op de dag van haar ontslag een roosterwijziging had ontvangen en dat zij niet verplicht was om op de oproep van de werkgever te reageren. De kantonrechter oordeelde dat de werkgever ten onrechte ontslag op staande voet had gegeven en dat de werkneemster recht had op haar salaris voor de gewerkte uren. De vordering van de werkgever tot schadevergoeding werd afgewezen, omdat het in strijd was met de redelijkheid en billijkheid om van de werkneemster te verlangen dat zij een vergoeding zou betalen bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst, gezien het onzekere karakter van het nulurencontract. De kantonrechter heeft ook de vordering van de werkneemster tot betaling van haar salaris toegewezen, met een gematigde wettelijke verhoging van 10%. De proceskosten werden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten droeg.