ECLI:NL:RBMNE:2020:3665
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet volledig betaald griffierecht
In deze zaak heeft de rechtbank Midden-Nederland op 14 augustus 2020 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijk beroep van eiseres tegen de heffingsambtenaar van de Belastingsamenwerking gemeenten en hoogheemraadschap Utrecht. Eiseres had beroep aangetekend tegen een uitspraak op bezwaar van verweerder van 26 augustus 2019. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat eiseres het griffierecht niet volledig had betaald, wat een voorwaarde is voor de inhoudelijke behandeling van het beroep. De rechtbank heeft in haar overwegingen uiteengezet dat volgens artikel 8:41, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) het griffierecht voor een beroep € 345,- bedraagt. Eiseres heeft slechts € 3,45 betaald, wat niet voldoende is om het beroep ontvankelijk te verklaren. De rechtbank heeft eiseres op 23 november 2019 een aangetekende brief gestuurd met de mededeling dat het griffierecht binnen vier weken moest worden voldaan. Aangezien eiseres geen geldige reden heeft gegeven voor het niet volledig betalen van het griffierecht, heeft de rechtbank besloten het beroep niet inhoudelijk te behandelen. De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk op basis van artikel 8:54 Awb. Eiseres krijgt geen proceskostenvergoeding, maar het gedeeltelijk betaalde griffierecht zal aan haar worden terugbetaald. Deze uitspraak is gedaan door rechter R.C. Stijnen in aanwezigheid van griffier P.W. Hogenbirk. Vanwege de coronamaatregelen is de uitspraak niet in een openbare zitting gedaan, maar zal deze alsnog openbaar worden uitgesproken zodra dat weer mogelijk is.