ECLI:NL:RBMNE:2020:401
Rechtbank Midden-Nederland
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg
Op 24 januari 2020 heeft de Rechtbank Midden-Nederland een beschikking gegeven in een zaak betreffende de voortzetting van een crisismaatregel, ingediend door de officier van justitie. De zaak betreft een betrokkene, geboren in 2003, die verblijft in een instelling voor geestelijke gezondheidszorg. De officier van justitie verzocht om verlenging van de crisismaatregel die op 22 januari 2020 was opgelegd. Tijdens de mondelinge behandeling waren de betrokkene, zijn advocaat mr. H.S.K. Jap-A-Joe, een psychiater in opleiding en de tante van de betrokkene aanwezig. De officier van justitie was niet aanwezig.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene zich in een crisissituatie bevindt, met een onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, dat vermoedelijk voortvloeit uit een psychische stoornis. De betrokkene heeft verklaard dat hij zich beter voelt en dat hij op termijn weer naar zijn tante wil. De psychiater in opleiding heeft verklaard dat insluiting en onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen niet noodzakelijk zijn. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de voorgestelde zorg, waaronder toediening van medicatie en medische controles, noodzakelijk is om het dreigende nadeel af te wenden.
De rechtbank heeft de machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel verleend, met een geldigheidsduur van drie weken. De beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid tot cassatie tegen deze beschikking.