ECLI:NL:RBMNE:2020:5466
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toekenning van jeugdhulp in de vorm van persoonsgebonden budget voor een minderjarige met autisme en verstandelijke beperking
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 8 december 2020 uitspraak gedaan in een geschil over de toekenning van jeugdhulp in de vorm van een persoonsgebonden budget (pgb) voor een minderjarige, [minderjarige], die lijdt aan autisme en een licht verstandelijke beperking. Eiseres, de moeder van [minderjarige], had bezwaar gemaakt tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht, dat haar een pgb had toegekend voor de periode van 1 januari 2019 tot en met 1 juli 2019, maar niet voldoende uren had vastgesteld voor de benodigde zorg. De rechtbank heeft vastgesteld dat de gemeente onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar de zorgbehoefte van [minderjarige] en dat het bestreden besluit niet voldoende gemotiveerd was. De rechtbank oordeelde dat de gemeente de omvang van de benodigde hulp opnieuw moest vaststellen, rekening houdend met de specifieke situatie van [minderjarige], die niet meer naar school ging en dus meer zorg nodig had. De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres gegrond, vernietigde het bestreden besluit en droeg de gemeente op om een nieuw besluit te nemen op het bezwaar, met inachtneming van de uitspraak. Tevens werd de gemeente veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten en het griffierecht aan eiseres.