Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 22 december 2020 in de zaak tussen
Procesverloop
Overwegingen
8 september 2020 aan eiseres doorgezonden en haar verzocht het procesbelang toe te lichten.
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft eiseres beroep ingesteld tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Almere, waarbij haar recht op bijstand met 100% werd verlaagd voor de duur van twee maanden. Dit besluit, dat op 7 februari 2020 werd genomen, werd door eiseres bestreden, maar het college verklaarde haar bezwaar ongegrond. De rechtbank heeft het onderzoek ter zitting op 19 november 2020 via een Skypeverbinding gehouden, waarbij beide partijen zich lieten vertegenwoordigen door hun gemachtigden.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen procesbelang meer is bij de beoordeling van het bestreden besluit. Dit is het gevolg van een eerder besluit van 30 juni 2020, waarin het college heeft besloten de effectuering van de derde verlaging van de bijstandsverlening te beëindigen. Eiseres stelde dat er nog steeds procesbelang bestond, omdat de maatregel niet formeel was ingetrokken. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de beëindiging van de maatregel gelijkstaat aan intrekking, en dat er dus geen inhoudelijke beoordeling van het beroep meer nodig was.
De rechtbank heeft het beroep van eiseres niet-ontvankelijk verklaard, wat betekent dat de zaak niet verder in behandeling wordt genomen. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door rechter mr. Schuman, in aanwezigheid van griffier mr. L.Y. Wong, en is openbaar gemaakt op 22 december 2020. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij de Centrale Raad van Beroep.