Op 21 december 2020 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen eiseres, vertegenwoordigd door mr. W. Graafland, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Wijdemeren, vertegenwoordigd door mr. F. van de Kamp. Eiseres had beroep ingesteld omdat verweerder niet tijdig had beslist op haar bezwaar, ingediend op 1 november 2019. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres verweerder op 23 juni 2020 in gebreke heeft gesteld, waarna de wettelijke beslistermijn van twee weken was verstreken zonder dat er een besluit was genomen.
De rechtbank overweegt dat, volgens de Algemene wet bestuursrecht (Awb), een bestuursorgaan verplicht is om binnen een bepaalde termijn te beslissen op een aanvraag of bezwaarschrift. Aangezien verweerder niet tijdig heeft beslist, verklaart de rechtbank het beroep gegrond. De rechtbank draagt verweerder op om binnen zes weken na de uitspraak alsnog een besluit bekend te maken. Tevens wordt verweerder verplicht om een dwangsom van € 100,- per dag te betalen voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-.
Daarnaast heeft de rechtbank bepaald dat eiseres recht heeft op een vergoeding van de proceskosten, vastgesteld op € 262,50, en dat verweerder het griffierecht van € 178,- aan eiseres moet vergoeden. De uitspraak is openbaar uitgesproken door mr. M.C. Verra, rechter, in aanwezigheid van griffier O. Asafiati.