Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.Procesverloop
10 februari 2020, in het gebouw van de rechtbank te Lelystad.
Rechtbank Midden-Nederland
Op 21 februari 2020 heeft de Rechtbank Midden-Nederland, locatie Lelystad, uitspraak gedaan in een zaak waarin betrokkene beroep heeft ingesteld tegen een door de burgemeester van de gemeente Hilversum opgelegde crisismaatregel. Het beroep is ingediend op 22 januari 2020, naar aanleiding van een crisismaatregel die op 3 januari 2020 was genomen. Betrokkene stelde dat hij niet tijdig een advocaat was toegewezen, wat in strijd is met artikel 7:2 lid 3 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De rechtbank heeft vastgesteld dat de burgemeester niet binnen de vereiste termijn zorg heeft gedragen voor rechtsbijstand, waardoor de crisismaatregel onrechtmatig tot stand is gekomen. De rechtbank verklaarde het beroep gegrond op dit punt.
Daarnaast heeft betrokkene verzocht om schadevergoeding van € 450,- wegens het ontbreken van rechtsbijstand gedurende drie dagen. De rechtbank oordeelde echter dat betrokkene onvoldoende had onderbouwd welke schade hij had geleden en wees het verzoek tot schadevergoeding af. Ook het verzoek om vergoeding van proceskosten werd afgewezen, aangezien betrokkene geen griffierecht verschuldigd was en zijn advocaat door de rechtbank was toegevoegd.
De rechtbank heeft in haar beslissing benadrukt dat het de verantwoordelijkheid van de burgemeester is om ervoor te zorgen dat betrokkene binnen 24 uur na de crisismaatregel wordt bijgestaan door een advocaat. De uitspraak is openbaar uitgesproken en tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.