Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
hierna: verdachte.
1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
2.TENLASTELEGGING
3.VOORVRAGEN
4.WAARDERING VAN HET BEWIJS
*** [B] *** [10] Geboren op: 23 juli 2003
Bijrijder van snorfiets voorzien van kenteken [kenteken] ( Gele Piaggio Vespa )
*** [verdachte] ***
Geboren op [2005]
5.BEWEZENVERKLARING
6.STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN
7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE
8.OPLEGGING VAN STRAF
9.BENADEELDE PARTIJ
10.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN
11.BESLISSING
jeugddetentievan
drie maanden;
proeftijdvan
twee jaarvast;
werkstrafvan
150 uren;
leerstraf (TACt Regulier)van
35 uren;
- wijst de vordering van [slachtoffer 1] toe tot een bedrag € 1.500,- aan immateriële schade;
- verklaart de vordering voor het overige niet-ontvankelijk;
- veroordeelt verdachte tot betaling van € 1.500,- vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 6 augustus 2020 tot de dag van volledige betaling;
- veroordeelt verdachte in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 1] aan de Staat
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed.