ECLI:NL:RBMNE:2021:2612
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit arbeidsongeschiktheid en WGA-uitkering
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 18 juni 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde M.J.A. van den Bogaart, en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, vertegenwoordigd door mr. M.H.J. van Kuilenburg. Het geschil betreft de arbeidsongeschiktheid van een (ex-)werknemer van eiseres, die aanvankelijk 100% arbeidsongeschikt was verklaard, maar na een herbeoordeling door verweerder op 29 juni 2019 op 76,48% arbeidsongeschikt werd geacht. Eiseres heeft beroep ingesteld tegen dit besluit, omdat zij van mening is dat de (ex-)werknemer volledig en duurzaam arbeidsongeschikt is en recht heeft op een IVA-uitkering.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de (ex-)werknemer, die werkzaam was als vakmedewerker openbare ruimte en schoonmaker, na een wachttijd van 104 weken 100% arbeidsongeschikt was verklaard. De herbeoordeling door verweerder leidde tot de conclusie dat de (ex-)werknemer met ingang van 29 juni 2019 76,48% arbeidsongeschikt was, maar dat dit niet leidde tot een wijziging van de WGA-loonaanvullingsuitkering tot 1 maart 2022. Eiseres heeft aanvullende gronden ingediend en het onderzoek ter zitting vond plaats via Skype.
De rechtbank heeft de medische beoordeling van de verzekeringsarts bezwaar en beroep als zorgvuldig beoordeeld. De rechtbank concludeert dat er geen reden is om te twijfelen aan de juistheid van de medische beoordeling en dat de (ex-)werknemer niet in aanmerking komt voor een IVA-uitkering. De rechtbank heeft het beroep van eiseres ongegrond verklaard en geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.