ECLI:NL:RBMNE:2021:3426
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing urgentieverklaring woning op medische gronden door gemeente Utrecht
In deze zaak heeft de rechtbank Midden-Nederland op 22 juli 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, die een urgentieverklaring voor een woning had aangevraagd, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht. Eiseres had haar aanvraag ingediend op medische gronden, omdat zij en haar kinderen gezondheidsklachten ondervonden door schimmel en ongedierte in hun woning. Het primaire besluit van 3 september 2020, waarin de aanvraag werd afgewezen, werd in het bestreden besluit van 9 december 2020 gehandhaafd. Eiseres heeft hiertegen beroep ingesteld.
Tijdens de zitting op 2 juni 2021 heeft de rechtbank de zaak behandeld. Eiseres was aanwezig, bijgestaan door haar gemachtigde, en ook een vriendin van eiseres was aanwezig. De rechtbank heeft overwogen dat eiseres niet voldoende had aangetoond dat zij alle mogelijkheden had benut om het woonprobleem zelf op te lossen. De rechtbank concludeerde dat er geen sprake was van een bijzondere persoonlijke noodsituatie en dat eiseres onvoldoende had gereageerd op andere woningen. De rechtbank oordeelde dat verweerder terecht de urgentieaanvraag had afgewezen, omdat eiseres niet voldeed aan de voorwaarden van de Huisvestingsverordening Regio Utrecht 2019.
De rechtbank heeft ook geoordeeld dat de hardheidsclausule niet van toepassing was, omdat de situatie van eiseres niet als levensbedreigend of vergelijkbaar kon worden aangemerkt. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar gemaakt en partijen ontvingen een afschrift van de uitspraak.