Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
[eiseres],
1.[gedaagde sub 1] ,
[gedaagde sub 2],
1.De procedure
- de dagvaarding,
- de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie,
- de conclusie van repliek in conventie en van antwoord in reconventie,
- de conclusie van dupliek in conventie en van repliek in reconventie,
- de conclusie van dupliek in reconventie.
2.De beoordeling
“Ter uitvoering van de koopovereenkomst levert verkoper bij deze aan koper, die aanvaardt, ieder voor de onverdeelde helft: de eigendom van het perceel met de daarop staande woning met toebehoren, plaatselijk bekend [adres 1] , [postcode] [plaatsnaam] , kadastraal bekend gemeente [plaatsnaam] , sectie [letteraanduiding] , nummer [nummeraanduiding] , met een grootte van zevenentachtig centiare (87ca); verder ook te noemen:gekochte.”(zie productie 7 van [eiseres] ). Uitgaande van deze leveringsakte heeft [gedaagde sub 1] toen alleen het woningperceel van [adres 1] geleverd gekregen. Of toen (of op enig ander moment) ook de bijbehorende eigendom van de mandelige grond is geleverd, blijkt daaruit niet. De koopovereenkomst van [adres 1] is niet in het geding gebracht, zodat ook daaraan geen aanwijzing kan worden ontleend ten aanzien van die eigendom. De kantonrechter kan daarom niet vaststellen dat [gedaagde sub 1] als eigenaar van [adres 1] ook de bij die positie behorende mandelige eigendom van het algemene gedeelte heeft verkregen.
“onverdeeld aandeel in de eigendom van het mandelige terrein, bestemd als gebied voor gemeenschappelijk gebruik (…)”heeft gekocht. Die koopovereenkomst is vermeld in de leveringsakte van [adres 2] (
“Ter voldoening aan haar voormelde verplichting tot levering levert [naam eiseres] V.O.F. bij deze het verkochte aan de koper, die het verkochte aanvaardt, ieder voor de onverdeelde helft.”). Daaruit volgt dat [gedaagde sub 1] de eigendom van [adres 2] heeft verkregen én de bij die eigenaarspositie behorende mandelige eigendom van het algemene gedeelte. Toch zal de kantonrechter dat hier niet als feit vaststellen, omdat de bedoelde leveringsakte door [eiseres] pas bij haar conclusie van dupliek in reconventie in het geding, de laatste processtap in deze procedure. Gezien het desbetreffende verweer van [gedaagde sub 1] , dat hij direct bij zijn antwoord heeft aangevoerd, had [eiseres] dat eerder moeten doen. Dan had [gedaagde sub 1] daarop nog naar behoren kunnen reageren. Deze kwestie kan verder echter onbesproken blijven, omdat de vordering ten aanzien van de onderhoudsbijdrage toewijsbaar is op grond van het bewonersreglement. Daarover overweegt de kantonrechter als volgt.
- Eis: te oordelen dat [eiseres] in gebreke is met het onderhoud en ontwikkeling van het park, en
- te oordelen dat [eiseres] zich aan haar onderhoudsverplichting moet houden.
436,00(2 punten x tarief € 218,00)