ECLI:NL:RBMNE:2021:4042
Rechtbank Midden-Nederland
- Mondelinge uitspraak
- Rechtspraak.nl
Herbeoordeling van de toekenning van een WIA-uitkering en de vaststelling van het arbeidsongeschiktheidspercentage
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 3 augustus 2021 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure over de herbeoordeling van de toekenning van een WIA-uitkering aan eiseres. Eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. M. el Ahmadi, had beroep ingesteld tegen een besluit van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) dat haar arbeidsongeschiktheidspercentage had herzien. Het Uwv had in een eerder besluit van 19 maart 2020 vastgesteld dat eiseres vanaf 31 juli 2019 voor 42,62% arbeidsongeschikt was, maar in een later besluit van 17 december 2020 was dit percentage verhoogd naar 49,13%.
De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard, na een zitting die via Skype heeft plaatsgevonden. Eiseres had aangevoerd dat het medisch onderzoek onzorgvuldig was en dat haar klachten niet goed waren ingeschat. De rechtbank oordeelde echter dat het Uwv de besluiten op zorgvuldige wijze had genomen, waarbij rapporten van verzekeringsartsen aan de drie voorwaarden voldeden: zorgvuldigheid, geen tegenstrijdigheden en voldoende begrijpelijkheid.
De rechtbank concludeerde dat er geen reden was om te twijfelen aan de medische beoordeling van het Uwv, en dat de juiste datum in geding voor de beoordeling van de arbeidsongeschiktheid 31 juli 2019 was. De rechtbank wees erop dat het aan eiseres was om aan te tonen dat de medische beoordeling onjuist was, wat niet was gebeurd. De uitspraak werd openbaar uitgesproken en partijen werden gewezen op de mogelijkheid om in hoger beroep te gaan.