In deze zaak, die op 18 november 2021 door de Rechtbank Midden-Nederland is behandeld, hebben eisers een kort geding aangespannen om een tijdelijke aandeelhouder en bestuurder aan te stellen voor de vennootschappen waarvan [gedaagde sub 4] de enige aandeelhouder en bestuurder is. [gedaagde sub 4] is in oktober 2021 getroffen door hersenbloedingen en is sindsdien niet in staat om belangrijke beslissingen te nemen. De neuroloog heeft verklaard dat hij niet wilsbekwaam is, wat heeft geleid tot de noodzaak om een tijdelijke vervanger aan te stellen.
Eisers, waaronder de dochter van [gedaagde sub 4], hebben verzocht om de aandelen van [gedaagde sub 4] in [gedaagde sub 1] B.V. tijdelijk over te dragen aan mevrouw [B] en de heer [C] te benoemen als tijdelijk bestuurder van [gedaagde sub 1] B.V. en [gedaagde sub 2] B.V. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de rechtbank bevoegd is, omdat de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam niet kan worden ingeschakeld. De voorzieningenrechter heeft de vorderingen van eisers toegewezen, gezien de spoedeisendheid van de situatie, waarbij de vennootschappen stuurloos zijn en belangrijke beslissingen niet kunnen worden genomen.
De voorzieningenrechter heeft bepaald dat de aandelen in beheer worden overgedragen aan mevrouw [B] en dat de heer [C] tijdelijk als bestuurder wordt aangesteld. Tevens is bepaald dat de kosten van deze aanstellingen ten laste komen van [gedaagde sub 1] B.V. en dat [gedaagde sub 1] B.V. de proceskosten van eisers moet vergoeden. Dit vonnis is openbaar uitgesproken op 18 november 2021.